Mash-ups.

Ik ben nu zeker drie jaar bezig met componeren. Vóór die tijd maakte ik combinaties, van het ene nummer pakte ik het instrumentele deel en van het andere de vocalen, dat was voor mij al componeren. Zoiets noem je een mash-up. Dat was de vruchtbare grond voor het maken van m’n eigen muziek. Ik wist een klein beetje waarom muziek een bepaalde schaal had en wat dat betekende voor de harmonie. Ik kon spelen met ritmes, genres en interpretaties. Maar het was ook de basis voor wat ik m’n eigen isolement noem.

Muziek is een stuk gemakkelijker te vormen dan vriendschap, muziek is een vrij speelveld

Ik weet nog steeds niet wat eerder kwam, m’n hobby die de leegte opvulde van wat m’n sociale leven had moeten zijn of mijn tijdrovende hobby die me de mogelijkheid om vrienden te maken ontnam. Dat is in essentie waarom ik de mash-ups van toen ik veertien was de schuld geef van mijn sociale onkunde. Ik wist me prima in bochten te wringen die anderen niet voor mogelijk hielden, maar in het contact met anderen kon ik nooit een expressie vinden die zo natuurlijk aanvoelde als de uiting via de muziek.
De afgelopen drie jaar ontdekte ik dat muziek een stuk gemakkelijker te vormen is dan vriendschap. Het muzieklandschap met al haar genres is een vrij speelveld. M’n behoefte aan vrienden is er nog altijd, maar ik ben blij dat ik voor mezelf heb gekozen. Ik heb alle tijd die ik had kunnen investeren in vruchteloze vriendschappen, geïnvesteerd in mijn muziek. Of ik daar wijzer van ben geworden, durf ik niet te zeggen. De economische term ‘alternatief aanwendbaar’ die men hiervoor gebruikt, slaat als een tang op een varken. Appels en peren zijn niet te vergelijken en vriendschap en muziek evenmin.
Over nog eens drie jaar hoop ik dat ik een mash-up van m’n verleden kan bouwen. Alle mensen die ik tot het schaarse clubje van mijn vrienden heb mogen rekenen wil ik dan samenbrengen tot een episch geheel van dingen die ik mooi vind. Het product dat daaruit voortkomt wil ik delen met iedereen die geen vrienden met me wou zijn.