Menselijk.

Ik wou soms weleens dat iedereen van elkaar kon zien wat hem of haar bezighoudt. Zodat die oudere vrouw zou weten dat ik voor haar zou opstaan, als ze zich op een regenachtige dag in de propvolle bus langs tien studenten zou kunnen wurmen. Dan zou ze weten dat niet alle studenten onbeleefde horken zijn, dat er heus wel jongeren zijn die zich om haar bekommeren.
Ook wanneer het misschien beter lijkt dat anderen niet kunnen zien wat je bezighoudt, is het misschien helemaal niet gek als dat wél zichtbaar zou zijn. Als je in je maag zit met iemand, omdat je z’n gedrag als kwetsend hebt ervaren bijvoorbeeld. Dan kan hij zeggen dat hij het niet slecht bedoelde. Of dat je je schoolwerk moeilijk vindt, maar dat iedereen wel doorheeft dat je er enorm je best voor hebt gedaan.

Het delen van wat er in je omgaat is steeds meer een taboe aan het worden

Wat er in je hoofd gebeurt is menselijk, en iedereen is mens. Dat ik me schaam voor het feit dat ik niet voor de oudere mevrouw kon opstaan, is dus gemakkelijk te begrijpen. En dat ik die vrouw het niet aanbied, omdat ze veel te ver van me verwijderd is, is wellicht niets om me voor te schamen. Maar dat ik vervolgens concludeer dat niemand anders zal opstaan, is misschien wel weer iets om me voor te schamen. Het had daar in die bus enorm gescheeld als iedereen wist wat ik dacht.
Dat ik veel tijd nodig heb voor school, is ook niet zo moeilijk te begrijpen. En menselijke dingen zouden we eigenlijk altijd moeten kunnen delen. Dus deel alles. Maar terwijl we zo’n beetje alles delen via social media, is het delen van wat er in je omgaat steeds meer een taboe aan het worden.
Het is niet verkeerd om anderen te vertellen wat je bezighoudt. Het houdt je niet voor niets bezig. En er zijn altijd wel mensen die graag willen weten wat er in je omgaat. Als je niet zegt wat met je gebeurt, gebeurt er niks. ’t Is allemaal heel logisch, maar men wil het nog wel eens vergeten. Net als opstaan voor die oudere mevrouw.