Zo wordt een student echt gelukkig.

Een orkaan groter dan Frankrijk heeft Sint-Maarten verwoest, Noord-Korea dreigt met een nucleaire oorlog, in Oregon worden complete bossen opgeslokt door een nietsontziende vuurzee. De aardbol met al haar 7,15 miljard menselijke bewoners drijft als een hissende, brandende bal door de ruimte, immer hetzelfde rondje, altijd op weg naar dezelfde bestemming.
Mijn zomer op de drijvende bal heb ik doorgebracht met een stijve nek van het turen naar de lucht. Kijken welke kant de vogels opvliegen en dan meerennen. Kijken hoe de wind met de bomen speelt en proberen mee te dansen op het deinende ritme.

Een oplettende kijker kan in de massa lichtpuntjes met enig geluk een ster zien vallen

Kijken naar alle hemellichamen die zich iedere nacht in vol ornaat en zonder enige schaamde voor hun naakte verschijning aan me tonen, alsof ik de enige ben die stiekem naar hun fonkeling gluurt. Een oplettende kijker kan in de massa lichtpuntjes met enig geluk een ster zien vallen. Of zoals een strenge astronoom zou zeggen: een voor hemellichamen piepkleine meteoor die ter hoogte van 120 kilometer boven de aardbol met een snelheid van 150.000 kilometer per uur de thermosfeer penetreert. Een astroloog zou hier aan toevoegen dat een vallende ster goed is voor één wens.
Het speelveld van de wensen is al sinds het eerste rijzen van de zon een vrij tricky gebeuren. De basisregel luidt: vertel je wens niet aan een andere ziel, want dan zal hij niet uitkomen. Dit dreigende onfortuin zorgt voor een inactieve wenser die geduldig dient te af te wachten totdat het universum de wens inwilligt. Ook zit er (uitdaging voor de astrologen) geen vervaldatum op een stil geuite wens, noch wordt duidelijk in welke hoedanigheid die wordt uitgevoerd. Wat rest is wachten op het wonder, als bidden tot een god.

Ik stel het universum ultimatums, wanneer die zijn verstreken onderneem ik zelf stappen

Ik heb deze zomer veel vallende sterren gezien, meer dan te tellen is op twee, misschien wel drie mensenhanden. Het probleem is echter dat ik de meeste vallende sterren slechts vanuit de periferie van mijn gezichtsveld heb kunnen waarnemen, waardoor bij mij de gedachte is opgekomen dat mijn wensen dan ook slechts voor de helft, een kwart of eentiende uitkomen. Om die reden heb ik mezelf een belofte gedaan. Ik stel het universum een ultimatum van één uur tot 21 dagen, afhankelijk van de wens. Daarna onderneem ik zelf stappen om de wens naar de realiteit te sleuren. Soms moet je het lot bij de hand nemen.
Zo stond ik vanavond op mijn balkon en zag ik er eentje, vanuit een ooghoek. Ik wenste dat m’n schrijfwerk vroeg klaar zou zijn zodat ik op bed zou kunnen. Die wens is niet uitgekomen, maar twee biertjes en drie sigaretten later is het me gelukt. Geen halfslachtig werk.