Zomer, extreem lovie-dovie

De eerste keer dat ik erachter kwam dat mijn buren bijen hebben, schrok ik me dood. In een soort van alien-pakken zag ik ze, tot op dat moment heel gewone mensen, over hun dakterras lopen. Gelukkig kwam ik er al snel achter dat het imkerpakken waren, mooi. De bijtjes zoemen een beetje in het rond, uiterst lieflijk komen ze af en toe mijn kant op. Beetje rondvliegen rond mijn hoofd. Het zweet staat nog net niet op mijn lippen, maar m’n lijf moet toch wel een beetje doodsangsten uitstralen.

Alsof hun handen aan elkaar zitten vastgelijmd, losmaken… kan echt niet.

De bijen van buren zijn supergaaf, maar liever heb ik dat de bijtjes op zoek gaan naar de bloemetjes. Of dat ze naar hun grote liefde speuren. Het is per slot van rekening zomer, de tijd om extreem lovie-dovie te worden. Dit is in ieder geval iets waar de stad, de wereld, het ontzettend eens mee lijkt te zijn.
Overal zie ik zeeën mensen die hand in hand lopen. Alsof hun handen aan elkaar zitten vastgelijmd. Losmaken? Kan echt niet. Diep kijken ze in elkaars ogen en vergeten alles om zich heen. Beetje onhandig, maar ik heb nog geen ongelukken gezien, geen mensen die straalverliefd tegen lantarenpalen lopen. Al is dit misschien slechts een kwestie van tijd.

Een dozijn vrouwen, ze likken om de beurt een telefoonscherm, heel uitgebreid

Ik zie een groep mannen, ik denk een stuk of twaalf. Ze hebben heel bijzondere hoedjes op. Een hoofddeksel is meestal een pet, een hoed (bol, gleuf of flap) en soms wel eens een baret. Maar dit dozijn mannen draagt piemels en borsten. Nou ja, hoedjes in de vorm van, maar je snapt wat ik bedoel.
Ik zie ook een groep vrouwen, ook weer een stuk of twaalf. Ze likken om de beurt een telefoonscherm, heel uitgebreid en zorgvuldig. Een beetje vreemd, dat wel, maar ik heb een donkerbruin vermoeden: vrijgezellenfeesten.
De zomer is een soort van cupido. Na een jaar ploeteren gooi je die studieboeken uit het raam en ineens zie je leuke mensen staan. BAM. De zomer gooit liefde in je gezicht. Dat is pas een liefdesgedicht.