De Hanzehogeschool wilde volgend jaar graag een opleiding ergotherapie beginnen, maar daar denkt Onderwijs-minister Jet Bussemaker heel anders over. Ze heeft de opleiding verboden, want volgens haar zijn er daar al genoeg van. College-voorzitter Henk Pijlman vindt het bijzonder vreemd dat juist deze opleiding volgens de minister niet aan de criteria voldoet. ‘De vraag naar deze opleiding kwam juist uit het beroepsveld. Er zijn weliswaar ergotherapie-opleidingen in Nederland, maar niet in het Noorden.’
Sinds enkele jaren wordt iedere nieuwe opleiding getoetst aan een doelmatigheidsregeling. Alles draait om de vraag: zit de markt op afgestudeerden van deze opleiding te wachten? Zo niet, dan mag de hoger-onderwijsinstelling de opleiding niet starten.
Ergotherapeuten stellen mensen in staat om opnieuw hun dagelijkse activiteiten uit te voeren als dat niet meer lukt door lichamelijke of psychische problemen. Wie nu als Noorderling ergotherapie wil studeren, moet helemaal naar de Hogeschool van Arnhem/Nijmegen als dichtstbijzijnde aanbieder. De Hanzehogeschool gaat in hoger beroep tegen de uitspraak van de minister. Pijlman denkt goede argumenten te hebben om Bussemaker te overtuigen. ‘Er is geen hoge werkeloosheid onder ergotherapeuten, de markt vraagt er hier zelf om, en het past perfect bij ons speerpunt Healthy Ageing. Jaarlijks studeren vijfhonderd psychologen af, terwijl daar de arbeidsperspectieven slechter zijn. Maar bij bestaande opleidingen geldt de doelmatigheidsregeling dus niet.’
