Meester Gestoord.

Ik begin de rekenles met de som 38 + 24. Gelijk kijken veel gezichten me nieuwsgierig en vragend aan. Voor veel leerlingen is rekenen een enorme uitdaging, maar niet voor allemaal, de verschillen zijn groot.
Ik hoor een leerling diep zuchten. Het is Sander.
‘Mag ik al met de rest beginnen, meester?’
Ik knik en wijs drie andere leerlingen aan die ook al los mogen gaan.

Papier is natuurlijk je beste vriend, papier doet niet aan storingen, het kreukt of vergeelt hooguit

Ik ga verder met de rest van de klas, maar net als ik het antwoord 62 met koeienletters op het bord heb geschreven, hoor ik van alle kanten opmerkingen.
‘Huh?’
‘Hé, wat is dat?’
‘Hoe kan dat nou?’
‘Wat is er, jongens? Zo lelijk schrijf ik toch niet?’
Lieke rent naar me toe en laat haar Snappet zien. Ze is het eerste schaap over de dam en dan duurt het nooit lang voordat het hek wagenwijd open staat. Er blijkt een storing te zijn. De leerlingen hoef ik niet veel wijs te maken, die zijn opgegroeid met tablets.
‘Je moet effe resetten, Lieke.’
‘Volgens mij moeten we ze even updaten, meester!’
Ik kijk het nog even aan, maar het is tevergeefs, de storing gaat niet weg. Ik werp een blik op de gang en ik zie leerkrachten naar de printer rennen. Op dit soort momenten is papier natuurlijk je beste vriend, papier doet niet aan storingen, het kreukt of vergeelt hooguit. Ik gooi de planning om en ga verder met technisch lezen over de planeten Mars, Venus, Mercurius en de Aarde.

‘Kijk, een dansende bezem!’
‘Zullen we die man gewoon negeren?’

Ineens horen we een doffe knal en gepiep. Nee, het is geen meteoriet, het is de spons van de glazenwasser die net aan zijn klus is begonnen. De concentratie is bij een paar leerlingen gelijk weer ver te zoeken.
‘Kijk, een dansende bezem!’, zegt Stefan.
Sander kijkt op.
‘Zullen we die man gewoon negeren en verder lezen?’
Ik geef hem een sticker: ‘Klasse, kerel! Wie kan het óók goed negeren?’
Iedereen dus, en gauw weer door. Ik vraag me stiekem af of ik aanstaande vrijdag een sticker verdien als ik mijn taken voor één dag neerleg? Of blijft minister Slob mij en de rest van onderwijzend Nederland negeren?