Meester Gullukkug.

Het is dinsdagmiddag, iets na half vijf. Ik wil net het klaslokaal verlaten en naar huis gaan, wanneer ik op een stapel spellingschriftjes stuit. Oeps, vergeten na te kijken. Gauw zet ik mijn tas neer en vis een rode pen uit de la.

Met een mok cappuccino op de hoek van de tafel, pluis ik vrolijk de schriftjes door. Ik hoef gelukkig weinig te strepen en dat maakt me gelukkig. Wat mij niet gelukkig maakt, is dat bijna alle leerlingen juist het woordje gelukkig fout schrijven. Vooral de dubbele k ontbreekt nogal eens.
Gelukig, gelukug, gelukeg en gelukkeg.
Tja, ik denk dat ik daar morgen maar eens op terug moet komen.

‘Frenkie tegen Lieke?’
‘Prima!’

Een paar minuutjes later klinkt er geklop op de deur.
Het is Siem.
‘Meneer, ik heb weer wat voetbalplaatjes erbij! Wilt u misschien ruilen?’
‘Tuurlijk, kerel. Kom verder.’
‘Frenkie de Jong tegen Lieke Martens?’
‘Prima!’
Voetbalplaatjes zijn het gesprek van de dag en het fanatiek ruilen en onderhandelen is flink losgebarsten. Uiteraard doet deze meester mee. Het is te merken dat ik nu in Enschede woon. Niet de plaatjes van FC Groningen, maar de plaatjes van FC Twente zijn zeer gewild.
Om vijf uur is het tijd om naar huis te gaan.

‘Oké, jongens en meisjes! Schrijf de zinnen in je schriftje en ontleed ze maar!’

De fouten bij spelling en het plaatjes ruilen hebben me geïnspireerd. De volgende dag schrijf ik twee zinnen op het bord.

Ik ruil mijn mooie voetbalplaatjes alleen ná schooltijd.

Gelukkig heb ik nog genoeg ruilmateriaal.

Wanneer de leerlingen van groep 5 en 6 binnendruppelen, moeten ze lachen om wat er op het bord staat.
‘Oké, jongens en meisjes! Schrijf de zinnen in je schriftje en ontleed ze maar! Zet een rondje om de persoonsvorm en een streep onder het onderwerp. Letten we ook op het woordje gelukkig? Dat schrijf je dus zo!’
Er gaat een ‘oooo’ door de klas.
Mooi, nu hopen dat ze het goed blijven onthouden. Dan zorg ik wel voor de herhalingsoefeningen.

Foto (fragment): Ben White on Unsplash