Poppema slaat de plank flink mis.

poppemaSibrand Poppema heeft het recht om ex-havisten te weren van de RUG, maar hij kan dat besluit onmogelijk baseren op gegevens uit Wederzijdse Doorstroming.
De opmerkelijkste informatie in dat rapport is namelijk dat de studenten die Poppema wil weren, het beter doen dan men zou verwachten.

Voor de studenten zelf is het een drama, je mislukt op de universiteit en moet dan weer met hangende pootjes terug. Voor het hbo is het ook ernstig omdat zij studenten verliezen die het goed doen. En voor de RUG is het slecht voor de rendementen. Drie keer slecht.
Deze alarmerende woorden gebruikt Sibrand Poppema, voorzitter van het College van Bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG), om het besluit te rechtvaardigen dat de RUG vanaf september 2015 geen ex-havisten en ex-mbo’ers meer toelaat tot het eerste jaar van een universitaire studie. (Dat kan tot op heden wel als die ex-havisten en ex-mbo’ers hun hbo-propedeuse hebben gehaald.) Die ex-havisten presteren volgens Poppema ‘aanmerkelijk slechter’.
Hij lijkt die opvatting te baseren op het rapport UHG-project Wederzijdse Doorstroming (november 2013) dat eind januari werd besproken in de U-raad. Dat is opmerkelijk, want dat rapport benadrukt juist dat er slechts kleine verschillen zijn tussen ex-hbo’ers en voormalige vwo’ers die direct na de middelbare school met een studie aan de RUG beginnen (verder: reguliere studenten).
Het rapport neemt de studieprestaties onder de loep van studenten die tussen
2003 en 2011 aan de RUG studeerden. Interessant zijn de gegevens over uitvallers en switchers in de propedeuse. Die zijn voor ex-hbo’ers én reguliere studenten beide twintig procent. Géén verschil dus.
Ex-hbo’ers met een vwo-vooropleiding (de vwo-hbo’ers) doen het beter dan ex-hbo’ers met een lagere vooropleiding (de havo-hbo’ers). Dit verschil zou een reden kunnen zijn om te stellen dat ex-havisten ‘aanmerkelijk slechter presteren’. Maar enige nuance is hier op z’n plaats: de vwo-hbo’ers (uitval- en switchpercentage 17,5) doen het namelijk óók beter dan reguliere studenten (uitval- en switchpercentage 20 procent). Bij die laatste groep vergeleken vallen de havo-hbo’ers met een uitval- en switchpercentage van 22,6 dus minder uit de toon.
Daar komt nog bij dat het aantal uitvallende havo-hbo’ers (hoogstens dertig studenten per jaar) zo klein is dat het de rendementscijfers van de RUG als totaal nauwelijks beïnvloedt.
Al met al is Wederzijdse Doorstroming een verrassend rapport, juist omdat het duidelijk maakt dat ex-hbo’ers het heel behoorlijk doen op de universiteit. Beter dan je zou verwachten.

Niemand betwist Sibrand Poppema het recht om ex-havisten van de RUG te weren. Hij kan echter niet beweren dat hij dat doet omdat ex-havisten slechtere studenten zijn en evenmin omdat die studenten het RUG-studierendement negatief  beïnvloeden. Blijft over dat de overstap naar universiteit slecht zou zijn voor de student omdat hij de kans loopt om te stranden. Me dunkt dat een student anno 2015 dat risico zelf mag afwegen.