Stuur je oma elke maand een kaartje!

Via Omapost kun je kaartjes sturen naar je oma, naar je opa, of naar allebei. Elke Uijtewaal, vorig jaar afgestudeerd aan Academie Minerva, is één van de drie pijlers onder dit hippe bedrijf waar zelfs oude bromberen vrolijk van worden.  

‘Mijn oma en ik zijn heel dik met elkaar. We bellen regelmatig, minstens één keer per week. Via Omapost stuur ik nu af en toe zo’n kaartje. Die kaartjes komen er dus gewoon bij. Ze staan bij haar op tafel, ze heeft ook wel zo’n digitale kaartenlijstdinges, maar dit is papier, hè? Mijn kaartjes staan gewoon tussen die van de kinderen en andere kleinkinderen.’

Sympathiek, maar worden oma en opa niet gek van die al dat spul?
‘Zou je denken, hè? Nee, joh, toen we het systeem uittestten, belden heel veel oma’s terug. Zulke aandoenlijke telefoontjes, en zo veel ook. Als je je grootouders niet vaak ziet, gaat de tijd al snel op aan het bijpraten. De studie gaat goed. Derdejaars alweer. Echt elke dag groente. Ik verpieteren, ben je mal? Genoeg vrienden. Wil je nóg een kopje? Had ik ook niet aan getwijfeld, hoor. En tot de volgende keer maar weer.

Jaja, met een kaartje van Omapost is dat natuurlijk totáál anders.
‘Toch wel. Studenten gebruiken social media voor alles en nog wat, instagram, pinterest, snapchat. Als je nou voor tweeënhalf euro lid wordt van Omapost, één keer per maand een foto uit die verzameling pikt, er één zin over opschrijft en die naar ons stuurt, ben je klaar. Dan krijgt je oma een foto waarop je, ik noem maar wat, aan het wadlopen bent. Waar denk je dat ze volgende keer over begint?’

Over het Oekraïne-referendum?
‘Mag ook. Maar je snapt het idee. En zo blijkt het dus ook te werken. Je hebt ineens veel meer om over te praten. Dat vinden oma’s leuk, maar kleinkinderen net zo goed. Afijn, zoals we het nu doen, via de website, is tamelijk omslachtig. Daarom willen we een Omapost-app. Met 20.000 euro zijn we zover. Onze crowdfundingsactie heeft nu twaalf procent binnen, in acht dagen. Dat schijnt heel erg oké te zijn. We hebben twee maanden de tijd en mijn oma is ervan overtuigd dat we die 20.000 zonder problemen binnen harken. Ik ook trouwens.’

Dit zou wel eens big business kunnen worden, en dat voor een kunststudent.
‘Ex! Vorige zomer afgestudeerd. Ja, ik ben wel een ondernemend type. Zo ben ik er ook bij gekomen. Ik snuffelde rond op een startupweekend. Eens kijken of andere mensen wél leuke ideeën hadden en dat van Wilbert sprong er echt uit. We zijn met z’n negenen aan de slag gegaan en inmiddels zijn we met z’n drieën over. Genoeg om de stap naar een echt bedrijf te zetten.’

Wat nou als je geen oma hebt, of als de jouwe doodgaat?
‘Dat is een ramp, maar ook geen ramp. Dan kun je een oma adopteren, er zijn namelijk veel eenzame opa’s en oma’s. Mensen die je heel eenvoudig heel gelukkig kunt maken. Daar hebben we een mooi concept voor bedacht, waarover we overleggen met ouderenfondsen. Ik hoop dat het goed uitpakt, want we babbelen er nu wel heel vrolijk over, maar eenzaamheid onder ouderen is schrijnend.’

Nu je het zegt, daar hoor je laatste tijd heel veel over.
‘Sinds wij hiermee begonnen, zeker? Nee, dat is waarschijnlijk toeval. Of niet, dat maakt niet uit. Mag ik nog wat zeggen?’

Houdt het dan nooit op?
‘Nou, 2,50 per maand lijkt misschien veel, maar een Hallmark is net zo duur en dit kaartje is echt persoonlijk. Enne, als ik nog even mag, je kunt ook speciale arrangementen aanschaffen, een tokkelroompakket kost maar een tientje, met bingo kun je…’

Hoho, ik plaats wel een linkje.
‘Graag!’

Afbeelding: Elke Uijtewaal