Ga naar de inhoud
namen van de Hanze

De namen van de Hanze: waar komen ze vandaan en waarom?

Studenten kennen de namen. Op Zernike, bij het Nettelbosje, aan het Blauwborgje of in het Wiebenga. Maar weet je waar die namen van de Hanze vandaan komen?

Als je in je rooster kijkt, zul je meer dan eens namen tegenkomen die misschien niet meteen een belletje doen rinkelen. Wie zijn de mensen waarnaar de Hanze een aantal van haar locaties heeft genoemd? En waar komen die straatnamen op Zernike vandaan?

1 Zernike himself

De Amsterdammer Frits Zernike (1888 –1966) was een natuurkundige die, na zijn studie Chemie aan de Universiteit van Amsterdam, ging werken aan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Hij begon als assistent van sterrenkundige Jacobus Cornelius Kapteyn (ook een bekende naam in de stad en daarbuiten). Na zijn promotie in Amsterdam ging Zernike naar Groningen. Daar werd hij in 1920 hoogleraar Theoretische Natuurkunde. In 1953 kreeg Zernike een Nobelprijs voor de uitvinding van de fasecontrastmicroscoop: een apparaat waarmee onderzoekers voor het eerst levende cellen konden bestuderen.

 

namen van de Hanze
Frits Zernike, één van de vier ‘Groninger’ Nobelprijswinnaars.

Tot 2016 was Zernike de laatste Nobelprijswinnaar die een connectie met de RUG had. Heike Kamerlingh Onnes en Albert Szent-Györgyi gingen hem voor. Inmiddels mag scheikundige Ben Feringa zich de laatste Groningse Nobelprijswinnaar noemen. Ook naar hem is een gebouw genoemd.

Leuk feitje: er is niet alleen een campus die Frits’ naam draagt. Er is zelfs een krater op de maan naar Zernike vernoemd. Cool.

2 Wie? Wiebenga!

Het Wiebenga in de Korrewegbuurt werd ontwerpen door – je raadt het al – Jan Gerko Wiebenga. Wiebenga (1886 – 1974) was een Nederlandse architect en ingenieur die werd geboren in Nederlands-Indië (het huidige Indonesië). Hij werkte door heel Nederland. In 1922 werd hij benoemd tot directeur van de School voor Nijverheidsonderwijs in Groningen. Eén van zijn eerste taken was het bouwen van een nieuw schoolgebouw. In zes weken had Wiebenga het ontwerp klaar en iets meer dan een jaar later was de bouw afgerond: het Wiebenga was geboren!

namen van de Hanze
Zoals Wiebenga het Wiebenga voor ogen had, is het best te zien in de Petrus Driessenstraat.

Leuk feitje: Met de renovatie van het Wiebenga in 2018, werd het pand een van de eerste aardbevingsbestendige gebouwen in Nederland. Best handig, in onze provincie.

3 Blauwborgje

Niet alleen mensen worden geëerd op Zernike. Zo heb je vast het Blauwborgje weleens overgestoken, de autoweg die dwars door Zernike slingert. Maar wat is een Blauwborgje? Lang, lang geleden (waarschijnlijk al in de middeleeuwen) was het terrein dat wij nu kennen als Zernike een natuurlijk gebied. Daar stonden rond 1800 ook twee witte boerderijtjes, met oude bomen en een besloten hofje. Eén van deze boerderijtjes, het Blauwborgje, brandde in de jaren twintig van de vorige eeuw af. Het tweede huisje werd later afgebroken omdat het te krakkemikkig was geworden.

namen van de Hanze
Het Blauwborgje is nog steeds te bewonderen. Op het fietspad langs het Reitdiep, vlak bij het Blauwbrugje, hangt een reproductie van één van de Blauwborgjes van schilder Jan Altink.  

Om de geschiedenis van het gebied te herdenken, is de straatnaam Blauwborgje in het leven geroepen.

Leuk feitje: Ook de straatnamen Nettelbosje en Grouwelerie op Zernike zijn vernoemd naar boerderijtjes die zich vroeger in de omgeving van Zernike bevonden.

4 Marie Kamphuis

Zeg je maatschappelijk werk, dan zeg je Marie Kamphuis. Geen wonder dat het gebouw waar de studie Social Work is gehuisvest haar naam draagt. Marie Kamphuis (1907 – 2004) was één van de grondleggers van het maatschappelijk werk in Nederland. In 1937 ging ze aan het werk bij het Centraal Instituut voor Christelijk Sociale Arbeid (CICSA) in Amsterdam, waar ze eerder haar studie had afgerond. Tijdens de Tweede Wereldoorlog moest ze haar werk in het geheim doen. Zonder dat de overheid ervan wist, zette ze in 1943 een CICSA-branche op in Groningen, waarvan ze zelf de directeur werd. In 1948 kreeg die Groningse school de naam Academie voor Sociale en Culturele Arbeid (de ASCA).

nemen van de Hanze
Marie Kamphuis, grondlegger van het Nederlandse sociaal werk (foto: collectie IAV-Atria)

Kamphuis was veel in Amerika en leerde daar allerlei nieuws over sociaal werk. Onder haar invloed werden deze methodieken daarna in Nederland geïntroduceerd. Niet alleen in Groningen, maar in heel het land. Een invloedrijke dame dus.

Leuk feitje: begin jaren 50 was Marie Kamphuis de eerste vrouw die een lezing mocht geven bij de Rotary in Groningen, dat was toen nog een échte mannenclub. Strong independent woman.

5 Berend Brugsma

Het gebouw waar de PABO zich bevindt is – surprise – vernoemd naar een bekende pedagoog. Berend Brugsma (1797 – 1868) was, als enige in dit rijtje, een geboren en getogen Groninger. Berend (ook wel gespeld als Beerent) was een arme wees. Hij woonde in de kelder onder de oude rechtbank in de Oude Boteringestraat (waar nu een gebouw van de RUG staat). Gelukkig kwam hij onder de hoede van Theodorus van Swinderen (ook een bekende naam in Groningen). Van Swinderen was een rijke hoogleraar, die net als Brugsma geïnteresseerd was in onderwijs en pedagogiek.

namen van de Hanze
Berend Brugsma (tekening: Th. Magerhofen en R. Loës zg, Groninger Archieven)

Met hulp van Van Swinderen schopte Brugsma het op zijn zeventiende al tot directeur van de net opgerichte school voor onderwijzers (Rijkskweekschool) in Groningen. Daarmee was Brugsma één van de allereerste professionele lerarenopleiders in Nederland.

Leuk feitje: Brugsma woonde aan de Oude Boteringestraat 12 tot hij in 1868 overleed. Tegenwoordig bevindt zich op die plek een cosmeticawinkel.

Foto: Beeldbank Marketing & Communicatie Hanzehogeschool