Een betere wereld begint bij browsen
Veel te veel op internet rondhangen, en er toch een goed gevoel aan overhouden? Dankzij drie oud-studenten van de Hanzehogeschool kun je goede doelen steunen door zo veel mogelijk over het web te surfen. Bjorn Boes legt uit hoe dat werkt.
Een kantoorpand aan de Grote Markt is niet te betalen voor een start-up, zou je zeggen. Valt mee, legt Bjorn Boes uit in het pand naast de pinautomaten van de ABN AMRO. ‘We hebben afgelopen jaar de Vliegende start met ABN AMRO gewonnen, een door de bank georganiseerde wedstrijd voor de beste jonge duurzame onderneming in de regio Groningen. Als beloning kregen we een jaar lang gratis de beschikking over dit mooie pand.’ Dat kun je inderdaad een vliegende start noemen, ja. Maar ik ben niet gekomen om Bjorn en zijn compagnons Ewan Scholte en Arjan Geertsema te feliciteren met hun toffe huisvesting. Ik wil meer weten over hun geniale idee, GOODR.
Niet klikken en toch kassa
Want laten we eerlijk wezen: het is niet makkelijk om jongeren zover te krijgen dat ze geld geven aan goede doelen. ‘Onze doelgroep is kritisch, ze hebben veel te kiezen. Ze bepalen zelf wanneer ze online zijn, welke media ze gebruiken en op welk moment. Het liefst willen ze nergens aan vastzitten. En ze willen ook nog precies weten waar het geld aan wordt besteed.’
Toen we bij Unicef langsgingen, zeiden ze “geef ons maar aan waarom we niet mee zouden doen
Hoe krijg je ze dan zover dat ze zich inzetten voor een goed doel? Simpel: je biedt ze een mogelijkheid die helemaal niks kost, en toch iets oplevert. ‘Je zet je adblocker uit en gaat naar onze site. Daar kies je je favoriete goede doel en binnen twintig seconden wordt er een app toegevoegd aan je browser. Die app zorgt ervoor dat je tijdens het surfen advertenties ziet die wij hebben toegevoegd aan bepaalde websites. Je surftijd levert daarmee geld op voor het goede doel.’
Klinkt top, maar hoe dan? Moet je honderdduizend keer klikken op advertenties? Nee, legt Bjorn uit. ‘Je hoeft niet eens te klikken, het gaat op vertoning. Als de advertentie wordt getoond op een website, dan telt-ie al. Op nu.nl staan er nu bijvoorbeeld zeven, op ad.nl veertien. Dat zijn standaard-advertentieruimtes, die wij invullen. De opbrengst gaat voor negentig procent naar het goede doel en voor tien procent naar ons. Dat is ons verdienmodel.’
Surfen voor schoon water
Advertenties kunnen heel vervelend zijn, dat beseffen Bjorn en zijn compagnons. ‘Daarom vertonen we geen pop-ups of hover ads, alleen maar gewone banners.’ Om het nog aantrekkelijker te maken, krijgt de gebruiker bij aanvang een keuzemenu met interesses onder ogen. Zo voorkomt GOODR dat je reclames krijgt voorgeschoteld waarop je niet zit te wachten. Het klinkt als win-win voor alle partijen en een mooie kans voor goede doelen om een nieuwe doelgroep aan zich te binden. Bjorn: ‘Het is voor alle partijen aantrekkelijk. Toen we bij Unicef langsgingen, zeiden ze “geef ons maar aan waarom we niet mee zouden doen.”’
Grote bedrijven verdienen veel geld aan online advertenties, maar de gebruiker heeft helemaal geen invloed op wat er gebeurt
GOODR heeft gamification-elementen ingebouwd om gebruikers te stimuleren om meer op te halen. ‘We zijn begonnen met vier goede doelen: Simavi, Edukans, Kika en Justdiggit. Bij Simavi zie je als gebruiker hoeveel schoon drinkwater je bij elkaar hebt gesurft. Je ziet de liters oplopen terwijl je browset. Voor Justdiggit geldt hetzelfde, daar zie je het aantal groene vierkante meters dat je online-tijd oplevert.’
Goede doelen steunen door veel te internetten. Dat idee komt van Ewan, zegt Bjorn. ‘Hij speelde al met het idee toen hij nog bij Crowdynews (ook een start-up uit Groningen) werkte. Daar zag hij hoe er goed geld verdiend werd met het tonen van advertenties. Grote bedrijven verdienen er veel geld aan, maar de gebruiker heeft helemaal geen invloed op wat er gebeurt.’ Toen Facebook naar de beurs ging voor vele miljarden, wist Ewan het zeker: als je ook maar een fractie van dat geld een betere bestemming kunt geven, creëer je al een betere wereld. Hij benaderde Bjorn, die hij kende uit Coevorden. ‘We voetbalden een paar jaar in hetzelfde team’, vertelt Bjorn. ‘Hij was verdediger, ik spits. Daarna kwamen we elkaar continu tegen: hij studeerde Commerciële Economie aan de Hanze, net als ik. Hij werkte net als ik een tijdje bij FC Groningen…’
Multinational in de dop
Bjorn had ervaring met het opzetten van een bedrijf. ‘Ik zag het wel zitten, al was het niet makkelijk, omdat het veel technische kennis vereiste, die we allebei niet hadden. Wij zijn twee commerciële jongens. We zeggen voor de grap weleens dat we een bakkerij zijn begonnen zonder te weten hoe je brood moet bakken. We moesten dus snel op zoek naar iemand die de app kon ontwikkelen. We vonden twee technische jongens, waarvan er eentje een tijd lang voor ons heeft gewerkt. Hij ontwikkelde een proof of concept, maar aan het einde van de rit beseften we dat wij niet konden beoordelen of het zou werken of niet. We moesten dus op zoek naar iemand die die kennis wel had en die ook voor lange tijd aan ons verbonden wilde zijn.’ Ze vonden een derde compagnon, Arjan Geertsema. ‘Hij heeft de technische kant helemaal opnieuw neergezet.’
Ik weet nog dat we na twee maanden onze eerste overwinning vierden: we wisten een eigen advertentie op nu.nl te laden
Een bedrijf beginnen is vaak een proces van lange adem, zo blijkt ook bij GOODR. ‘We zijn al drie jaar bezig. Ik weet nog dat we na twee maanden onze eerste overwinning vierden: we wisten een eigen advertentie op nu.nl te laden. Dat was kicken. Maar dat is alleen de technische kant. Je moet daarnaast ook uitvinden of mensen op je aanbod zitten te wachten, en of het allemaal mag volgens de wet. Pas daarna ga je ontwikkelen, testen, bijschaven, weer testen… Wat heel belangrijk was, was dat het superschaalbaar moest zijn, zodat het over de hele wereld gebruikt kan worden.’
Wait, what? Wereldwijde ambities? Ja, zegt Bjorn: ‘we willen het wereldwijd opzetten, en daar willen we ook niet te lang mee wachten. Sinds we drie weken geleden onze campagne zijn begonnen zijn, zijn we gegroeid van 150 naar 500 deelnemers. Eind van dit jaar willen we toch wel graag in meerdere landen actief zijn.’
Helaas is de app van de multinational in de dop nog niet te gebruiken op je mobiel, maar dat duurt niet lang meer volgens Bjorn. ‘Die moet er nog voor de zomer zijn.’
Foto’s: Pepijn van den Broeke