Ga naar de inhoud
ganzen

Hoe houd je je de ganzen van het lijf?

Ganzen. Leuke vogels, maar in maart willen ze nog weleens blazen. Op een druilerige dinsdag moet Maaike ze zich van het lijf zien te houden.

Het was gewoon een druilerige dinsdag in maart. Het was koud en mistig, een dag die weinig tot geen bijzonders in zich had. Ik wandelde met Raye in m’n oren terug naar huis vanaf de Lidl.
Ik liep op een paadje langs het water. Daar zijn ook altijd gevederde vrienden te vinden. Een jongedame liep voor me uit totdat ze zich plotseling omdraaide. Ik zag aan haar lippen dat dat ze tegen me praatte. Ik deed m’n oortjes uit. Ze vroeg of ik langs de grote ganzen durfde.

Tot mijn teleurstelling bleek ik dus toch niet zo dapper

Ja, tuurlijk durfde ik daar langs. Van kleins af aan ben ik altijd buiten geweest, ik ben tussen de dieren opgegroeid. Vol vertrouwen liep ik verder. Totdat er een blazende gans op me afkwam met z’n snavel wijd opengesperd. Ik draaide me om. Op een drafje rende ik weg. De jongedame rende met me mee.

Tot mijn teleurstelling bleek ik dus toch niet zo dapper. Ik stopte met rennen. Nee, dacht ik, ik moet en zal die ganzen passeren. Ik keerde om, en de jongedame volgde me. ‘We gaan er gewoon op hoog tempo langs’, zei ik. Ik dacht aan wat ik ooit in een podcast had gehoord: wanneer je een leeuw tegenkomt, moet je goed beseffen dat de leeuw jou ook als roofdier ziet. Het is dus belangrijk dat je jezelf door zijn ogen bekijkt en dat je niet in paniek raakt. Dat je in control blijft. En zo ging ik vol met vertrouwen in mezelf langs de ganzen. De jongedame volgde me.

De ganzen hadden tussen ons een versnelde vertrouwensband gesmeed

Ze bleek een net afgestuurde psychologe te zijn. Ik vertelde haar dat ik ook aan het afstuderen was. Onze wegen hadden zich letterlijk gekruist, maar we stonden ook figuurlijk op het zelfde kruispunt in het leven.
Het was een ontmoeting die iets heel bijzonders had. De ganzen hadden tussen ons een versnelde vertrouwensband gesmeed. We hadden een gesprek alsof we elkaar al jaren kenden. Ze liep een stukje met me mee. Ze was aan de wandel, net als ik (al had mijn blokje om een pitstop bij de supermarkt, ik houd ervan om activiteiten functioneel te maken). We namen afscheid. Ze zei: ‘Leuk om je ontmoet te hebben.’
‘Insgelijks!’, zei ik. Achteraf dacht ik: wow, dit maak je niet vaak mee. Dat je op een gewone druiligere dinsdag een vriendelijke vreemde ontmoet doordat je elkaar helpt om langs een toom ganzen te komen die je weg versperren.