Hoe warm is het op het Wiebenga?
Als het warm is, regent het klachten op het Wiebenga. Niet vreemd, want het is een lastig te koelen monument. Hoe is het deze zomer?
Het is rustig in de kantine van het Wiebenga. Zes studenten zitten aan net zoveel tafeltjes, allemaal in hun eentje, allemaal op de smartphone. Een zevende student sleept zichzelf sloffend omhoog op de trap die begint in de fietsenkelder. Het is 26 juni, buiten is het warm, binnen valt het mee.
Het Wiebenga is niet eenvoudig te verwarmen en nog lastiger te koelen. Wat wil je? Het gebouw is een monument, waaraan je dus niet zomaar iets mag veranderen. Het is al een prestatie van formaat dat de antieke delen een eenheid vormen met de modernere. Oud en nieuw gaan bijna ongemerkt in elkaar over.
Over de warmte zul je MBRT-studente Nynke (23) vandaag sowieso niet horen
Nynke (23) is één van de studenten in de kantine. Ze blaast een paar haren weg van haar klamme voorhoofd. ‘Nee, ik heb het niet warm. Het is de spanning.’ De (nu nog) studente Medisch Beeldvormende en Radiotherapeutische Technieken is hier voor de verdediging van haar onderzoeksverslag. ‘Over het effect van de aanspanning van de onderkaakspier op andere spieren.’ En? Nynke puft nog maar eens. ‘Er is alleen een verband met de armspieren. Geen wereldschokkende ontdekking, helaas. Ik had anders gehoopt, maar het is wat het is.’ Over de warmte zul je haar vandaag sowieso niet horen. ‘Het is simpel, waar de zon schijnt is het warm. En in de kleine ruimtes, als daar veel mensen zijn. In het echolokaal bijvoorbeeld.’
Fysiostudent Aurely liep langs een open deur ‘Je voelde de warmte gewoon het lokaal uitstromen’
Een paar meter verderop zijn derdejaars Fysiotherapie Aurely (22) en Nicole (22) aangeschoven aan een sta-tafel met barstoelen. Ze buigen zich over Nicoles laptop. Laatste loodjes? Ja, zegt Aurely. Nee, zegt Nicole. Ze is nog zeker twee weken bezig met de puntjes op de i. Gisteren stonden ze samen op de productenmarkt in de serre. Het product dat ze probeerden te slijten was hun eigen infobrochure. ‘Voor zwemonderwijzers. Die blijken best weinig van fysiotherapie te weten’, zegt Aurely. De markt liep niet heel lekker, bekennen de twee. ‘De serre, die was niet gewóón warm, het was echt een oventje’, zegt Nicole. ‘Komt door al dat glas, natuurlijk. Uiteindelijk is de markt een uur eerder gestopt.’ Maar verder vinden ze het best wel oké op het Wiebenga. ‘Behalve dan de lokalen achter in de D-vleugel’, zegt Aurely, ‘daar liep ik gisteren langs een openstaande deur en daar voelde je de warmte gewoon uit het lokaal stromen.’
Monique Zuidema weet er alles van. Klachten over de temperatuur komen bij haar terecht. ‘Het is hier nu…’, ze pakt de digitale thermometer die bij haar op de servicebalie staat. ‘Precies 24,2 graden.’ Van die toch wel hoge temperatuur merk je trouwens weinig, er staat een heel zacht, koel briesje. Hier is het gebouw prettig gekoeld. Een paar meter verderop, in de prachtige, antieke Wiebengagangen, trouwens ook. ‘Klopt’, zegt Monique, ‘als er klachten komen, dan zijn die van mensen uit de kantoren op de A-vleugel, B137 en de serre of van de klanten van Deliyo.’
‘We hebben het geluk dat het niet zo druk is. Ik hou wel van een mediterraan tempo’, zegt Sharon, die achter de broodjes van Deliyo staat. De lunchroom staat in directe verbinding met de serre waarover Monique, Aurely en Nicole het hadden. De relaxte ruimte, met een bruine chesterfieldbank, planten en knusse tafeltjes, moet haast wel het warmste plekje van het Wiebenga zijn. ‘Het is niet anders’, zegt floor manager Julia. ‘Hier moeten we het mee doen. Maar het loopt goed, hoor. Lunchen is populair.’ Maar nu even niet. Sharon: ‘Gisteren stond hier nog een dikke rij. Maar warm is het. Met deze temperaturen hoor je de studenten echt wel puffen en blazen.’
Via de serre loopt Ferran (22) naar de kantine. Hij komt uit de kelder, in warme tijden vermoedelijk het fijnste plekje op het Wiebenga. Heerlijk koel is het, twaalf studenten zitten er op dit vroege uur. Behalve het lichte geroffel van snelle vingers op laptops hoor je hier helemaal niets. Geen daglicht, wel diepe concentratie. Wanneer er hier en daar iemand passeert, wil een blokkende student nog weleens een wenkbrauw optrekken. Verder niets, rust.
In de kantine legt Ferran het uit. ‘Ik doe de driejarige opleiding Fysiotherapie. Vijf tentamens deze week, waaronder twee praktijktentamens. De kelder is een prima plek om te studeren.’ Ferran heeft vergelijkingsmateriaal. ‘Ik heb m’n diploma Sportkunde. Dat zit in een vrij nieuw gebouw op Zernike (het Willem-Alexander Sportcentrum, red.). Dat scheelt qua binnenklimaat echt niet veel van het Wiebenga. De serre, je hebt gelijk, die zou je dan kunnen vergelijken met het zwembad.’
Wanneer het kwik boven de 26 graden komt heb je kans dat locatiemanager Jan ten Brinke komt aanzeilen met een mobiele airco
Waar is het heter, in de Deliyo of de D-vleugel? Het spant erom. Tussen C en D bevindt zich een automatische deur. Wanneer die openzwaait belandt je in een nieuwe werkelijkheid. Een vlindertuin? Een subtropisch zwemparadijs? Nee, zo erg is het nog niet, maar hier zou vandaag weleens de officiële Wiebenga-maximumtemperatuur bereikt kunnen worden. Wanneer het kwik boven de 26 graden komt, komt het Facilitair Bedrijf in actie. Sterker nog, dan heb je kans dat locatiecoördinator Jan ten Brinke in hoogsteigen persoon door de zwaaideur komt aanzeilen met een mobiele airco. Een apparaat van ongeveer een meter hoog dat er niet meteen heel mooi uitziet, maar wat een genot. Jan demonstreert het in B137, één van de andere hotspots op het Wiebenga. ‘Geluidloos is het niet, maar wel de stilste die er is.’
B137 heette nog niet eens zo heel lang geleden het lokaal van de toekomst, met moderne snufjes als whiteboards en verstelbare tafels. Inmiddels noemt men B137 een activerende ruimte, een ruimte die uitnodigt tot bewegen. Maar ja, de binnentemperatuur verschilt hier nauwelijks van die van buiten, waar de stoeptegels al in de vroege ochtend warmte uitwasemden.
Vrijwel alles is hier dik in orde, hmm, toch maar even controleren bij degene die erover gaat
Er wordt aan gewerkt, zegt Jan, die ook de storingsgevoelige elementgestuurde zonwering boven de serre hoog op zijn prioriteitenlijst heeft staan. ‘Dat kunnen we helaas niet zelf doen.’ Dat kan wel met de problemen op de D-vleugel. ‘Daar zou nieuwe luchtbehandelingskasten op het dak moeten komen. Dat had al eerder gekund, maar de toekomst van die ruimtes was lang onduidelijk. Er was zelfs sprake van dat ze zouden verdwijnen. Om daar dan geld in te steken is natuurlijk ook zonde.’
Oké, vrijwel alles is hier dik in orde, zou iedere kritische verslaggever concluderen. Toch maar even controleren bij degene die erover gaat. ‘Vorig jaar hadden we op een warme dag zo’n zes, zeven klachten’, zegt Monique Zuidema aan de hoofdbalie. ‘Dit jaar… heel sporadisch. Zeg maar: bijna geen.’
Foto boven: Fysiostudenten Nicole (links) en Aurely.