Ga naar de inhoud
Rijangst

Les gehad, rijbewijs op zak, en toch bang: rijangst

Bijna een kwart van de rijbewijsbezitters onder de dertig heeft last van rijangst. ‘Het is niet stoer om dat toe te geven.’

Rijden in het donker, de snelweg, de gedachte dat je zomaar een ongeluk kunt veroorzaken. Rijangst kent vele vormen en gedaanten. Toch is er maar weinig onderzoek naar gedaan. Het is natuurlijk ook lastig om toe te geven dat je er last van hebt. Om hoeveel mensen het precies gaat is niet duidelijk. De cijfers variëren van zo’n 500.000 tot meer dan een miljoen mensen. Dat is zo’n tien procent van de Nederlanders met een rijbewijs. Onder jongeren ligt het cijfer hoger. Een veelvoorkomende oorzaak bij deze groep, is het gebrek aan rijervaring. ‘Ik ga niet zomaar alleen naar een stad die ik niet ken’, zegt de 21-jarige studente Ilse.

Rij-instructeur Ronald: ‘Na veertig uur heb je alleen nog maar de basis’

Achter het stuur van rijschoolhouder Ronald Elzinga zitten regelmatig leerlingen met rijangst. Hij ziet de hoge prestatiedruk als één van de oorzaken. ‘Uiteindelijk leven we in een prestatiemaatschappij. Dat betekent veel druk uit de omgeving en soms onvoldoende vertrouwen in jezelf. Dat zie je zeker bij jongeren. Voor het onder de knie krijgen van autorijden heb je zo’n veertig tot vijftig uur. Dat is relatief weinig voor wat je moet kunnen. Na die veertig uur heb je dan ook alleen nog maar de basis.’

Die basis onderhouden en verdere rijvaardigheid opbouwen, is best lastig in een stad waar vrijwel alles op de fiets te doen is. Bovendien heb je als student vaak geen auto tot je beschikking. Ilse: ‘Nu ik op kamers woon, rijd ik gewoon bijna niet. Het enige moment waarop ik het wel doe, is als ik thuis-thuis boodschappen ga doen in het dorp. Dat is ook niet zo spannend.’

Verkeerspsycholoog Jos: ‘Misschien veroorzaken angstige bestuurders juist minder ongelukken’

Naast dat het vervelend is om je met rijangst in het verkeer te begeven, brengt het ook risico’s met zich mee. Bestuurders met rijangst gedragen zich minder voorspelbaar, waardoor ze meer ongelukken zouden kunnen veroorzaken. Een goede gedachte, maar er bestaat onderzoek dat laat zien dat dit niet het geval is. Verkeerspsycholoog Jos Vrieling: ‘Angstige mensen hebben vaak minder vertrouwen op de weg, maar dat heeft als voordeel dat ze zich wel heel bewust zijn van de omgeving en daardoor mogelijk minder ongelukken veroorzaken.’

Ook Ilse is soms bang dat haar rijangst kan leiden tot gevaarlijke situaties. ‘Soms rijd ik weleens verkeerd en dan kan ik helemaal in paniek raken. Ik ben dan de controle kwijt en dan ga ik heel slecht rijden. Ineens denk ik dan: o, shit, ik moet hier naar links en dan ben ik al te laat. Of ik trap ineens keihard op de rem. Dan schrik ik van mezelf.’

‘Een stukje ego’, mannen geven minder snel toe dat ze rijangst hebben

Opfrislessen kunnen de rijangst verminderen. Ronald Elzinga: ‘Ik zorg ervoor dat mensen zich comfortabel voelen. In de auto en in wat ze gaan doen. Leerlingen moeten begrijpen waarmee ze bezig zijn. Dan merken ze dat ze langzaam maar zeker meer controle krijgen over wat ze doen. Vaak gebeurt dat vrij snel. Ze ervaren dat ze die basis best wel onder controle hebben. Dan is het vrijuit rijden nog slechts een kleine stap.’

Volgens Ronald geven mannen moeilijker toe dat ze bang zijn. ‘Van de mensen die bij mij komen voor een opfriscursus, is negentig procent vrouw. Dat heeft vooral te maken met de omgeving. Vrouwen ervaren toch wat meer kwetsbaarheid dan mannen en ze zijn bereid om hulp te vragen als het nodig is. Mannen zien het als falen, het is een stukje ego.’
Ilse schaamt zich weleens voor haar rijangst. ‘M’n zus haalde haar rijbewijs later dan ik, maar ze rijdt nu toch al wat soepeler. Dat voelt best wel stom.’ Maar volgens Ronald Elzinga is dat helemaal niet nodig. ‘Rij-angst bestaat gewoon. En de druk bij autorijden is hoog, zeker in Groningen.’

Foto: rij-instructeur Ronald Elzinga (foto: Joni Janssen)