Transzoen: ‘Ach, du bist altied al ’n man west’
Op maandag 13 maart ontvangt de Academie voor Sociale Studies de Transzoen, een prijs van Transgender Netwerk Nederland voor werkgevers. Docent Niek Delfgou van de Academie voor Sociale Studies, zelf transgender, heeft de Academie voor Sociale Studies voorgedragen voor de prijs. Maandag 13 maart reikt Transgender Netwerk Nederland de prijs om 13.00 uur uit in de Marie KamphuisBorg. In december 2013 sprak HanzeMag met Niek, die toen nog midden in zijn transitie zat. Onderstaand het verhaal van toen:
Niek Delfgou werd 52 jaar geleden geboren als Moniek. Met drie broers was ze het enige meisje in een deftig Goois gezin. Toen Moniek acht jaar was realiseerde ze zich dat ze geen meisje-meisje was. Openhartig vertelt Niek over zijn transitie van vrouw naar transman.
‘Tot mijn achttiende verwachtte men van mij dat ik in rokjes liep, een dochter uit een gegoede Gooise familie. Natuurlijk heb ik daar van die standaardverhalen over die boven water komen als je met een psychiater praat. Ik wilde Lego en Dinky Toys, maar kreeg poppen, waar ik vervolgens de armen uit rukte. Of die keer dat ik een gewatteerde roze duster kreeg en m’n broer een stoere ochtendjas. In de jaren zestig was voor transkinderen nog helemaal geen aandacht.
Als je het stereotype bekijkt, ben ik degene die de broek aan heeft
‘Ik wist al heel jong dat ik op vrouwen viel. Dat is ook gedeeltelijk de reden waarom ik zo laat met mijn transitie begon. Als lesbienne heb ik mijn mannelijke kanten altijd kunnen uitbouwen, zonder restricties. Als je het stereotype bekijkt, ben ik degene die de broek aan heeft. Ik heb al negentien jaar een relatie, met een vrouwelijke vrouw. In ’98 zijn we getrouwd.’
Wat vond Betty ervan?
‘Ze stond niet direct te springen, maar ze is het er wel mee eens: als ík gelukkiger ben, zijn we het samen ook. We zijn best verdrietig geweest, want het is ook een afscheid. Een tijd lang was ik heel erg onzeker, want ik wilde mijn relatie niet op het spel zetten. Natuurlijk is dat een beetje absurd, want op het moment dat je stappen gaat zetten, kun je niet meer terug. Betty moest kiezen: ga ik wel of ga ik niet mee en zij koos ervoor om mee te gaan. Tot nu toe gaat het heel erg goed. De psycholoog maakte haar duidelijk dat ze waarschijnlijk al jaren een relatie met een man heeft. Mijn karakter zal niet veranderen, dus de eigenschappen waar zij op viel, verwacht ik te behouden. Ik wordt ook nooit een echte man. Ik blijf altijd transgender.’
Wanneer besloot je je hart te volgen en de stap naar transman te zetten?
‘Het breekpunt kwam vorig jaar februari, toen ik in de NRC las over Mark Hommes die in Groningen op de Open Universiteit werkt. Daar volg ik toevallig een masteropleiding. Ik zag z’n foto en dacht: dat ben ik. Maar tegelijkertijd dacht ik ‘nee, ik ben te oud’ en ‘het gaat zo ook wel’. Mijn borsten waren wel altijd een issue. Van jongs af wilde ik die niet. Het gesprek met Mark was een feest van herkenning.’
Wat was de volgende stap?
‘Eerst de euforie, daarna de bezinning. Ik heb het meteen aan iedereen verteld. Een mailtje gestuurd aan collega’s. Ze reageerden positief. Mijn dean was zelfs blij met een nieuw mannelijk lid. Vanuit die euforie kom je in een soort depressie. Ik was er op een gegeven moment wel even klaar mee om als een soort nieuwigheid te worden gezien.
Ik werd keurig overal voorgesteld als meneer Delfgou, maar de eerste de beste student die naar me toe kwam, sprak me aan met mevrouw
‘In september dacht ik: de nieuwe studenten komen, nu ben ik man. Maar zo werkt het niet. Bovendien zie ik er nog niet echt mannelijk uit. Ook niet echt vrouwelijk, trouwens. Maar als ik mijn mond open doe, verraad ik mezelf. Ik werd keurig overal voorgesteld als meneer Delfgou, maar de eerste de beste student die naar me toe kwam, sprak me aan met mevrouw. Toen was ik eventjes van het pad af. Nu denk ik: ik kan wel doen alsof het anders is, maar op de één of andere manier zal ik er steeds mee worden geconfronteerd. Uiteindelijk zul je het niet meer aan me zien of aan me horen, maar ik blijf hoe dan ook transgender. Daarom praat ik er nu ook over. Wat Mark voor mij heeft betekend, zou ik voor anderen kunnen betekenen. Als is het maar voor één student of één collega.’
Hoe reageerden je collega’s?
‘Bij Sociale Studies heb je veel ruimte om anders te zijn. In dat mailtje schreef ik dat ik transgender ben, dat ik op de wachtlijst sta voor de transitie en dat mijn nieuwe naam Niek is.
Die nieuwe naam was geen probleem, maar het hij-zij-verhaal is lastiger. Dat wordt hoop ik anders als mijn uiterlijk is veranderd. Ik kreeg eigenlijk alleen maar hele leuke en lieve reacties. De studenten heb ik ook ingelicht. Ik werk als deeltijd-docent, met volwassenen dus. Die vonden het reuze interessant. Natuurlijk zijn mensen die willen weten of ik een piemel krijg. Nee! En die wil ik ook niet.
Ik wil natuurlijk niet als man met een buikje beginnen
‘Ze vinden het heel bijzonder om dit van dichtbij mee te maken. Dat heeft een keerzijde. Want ook al ben ík erg open, ik wil nog niet dat mijn collega’s dat zijn. Ik hoop ook niet dat mensen later zullen zeggen: Niek was ooit een vrouw. Hoe je het wendt of keert, je bent heel kwetsbaar. Eergisteren heb ik een tweede mailtje rondgestuurd omdat ik vandaag begin met testosteron smeren.’
Je komt straks voor de tweede keer van je leven in de puberteit.
‘De baard in de keel, baardgroei, de vetverdeling verandert. En ook de puistjes. Ik kan niet wachten tot ik me moet scheren. De endocrinoloog heeft vanochtend gebeld dat mijn bloedbeeld goed is, dus ik mag gaan smeren. Zo begint het, na twee à drie jaar ben je helemaal klaar. Mijn vrouw wordt regelmatig gewaarschuwd door andere transmannen: ik ben straks wel een puber. De hormonen gaan gieren. Je schijnt ook veel energie te krijgen en ontzettend hongerig te worden. Dat wordt wel even uitkijken, want ik wil natuurlijk niet als man met een buikje beginnen.’
Wat is de volgende stap?
‘Op 9 januari staat de borstoperatie gepland. Ik betaal het zelf, anders had ik een jaar moeten wachten. Het protocol schrijft voor dat je eerst een jaar ervaring moet opdoen, dus echt als man moet leven. Daarna een second opinion van de psychiater en dan pas mogen de borsten eraf. Maar ik ben direct vanaf februari real life gegaan. Betty en ik hebben al mijn vrouwenkleding weggedaan. Tegen de operatie zie ik niet op. Als die dingen er maar af zijn. Eindelijk kan ik in de zomer een T-shirt dragen. Ik verheug me er nu al op.
Als ik dan toch zelf betaal, laat ik dan ook maar meteen de beste chirurg nemen
‘Thea van Loenen opereert me. Zij maakt de mooiste mannenborsten van Nederland. Als ik dan toch zelf betaal, laat ik dan ook maar meteen de beste chirurg nemen. Het is een specialisme op zich, mannenborsten maken. Bij mannen staan de tepels anders.
‘Later laat ik mijn baarmoeder verwijderen. Dat heeft puur te maken met de kans op eierstok- en baarmoederhalskanker die extreem toeneemt door testosteron. Zeker na langdurig gebruik.’
Kun je van dit hele proces genieten?
‘Ik kan genieten als ik erover vertel. Ik ben heel benieuwd wat die testosteron gaat doen. Het is ook heel dubbel, want je neemt voortdurend afscheid. Ik ben straks ook niet meer lesbisch, hoewel ik me dat helemaal niet kan voorstellen. Straks ben ik een lesbische man, zeg ik zelf. Betty en ik kunnen er samen vreselijk om lachen.
Nu weet het dorp dat ik transgender ben. Ze reageren nuchter: ‘Ach, du bist altied al n man west
‘Ik breng een positief geluid, want je hoort zo veel narigheid. Eens in de drie weken kom ik bij het genderhome. Zo’n transitie is zwaar, zeker voor mannen die op latere leeftijd vrouw worden. Als je met kolenschoppen van handen en een zware stem als vrouw door het leven moet. Vrouwen die worden verstoten van het werk, huwelijken die kapot gaan. Het is wel eens goed om de andere kant te laten horen.’
Ook al denk je aan jezelf als lesbische man, toch zijn jullie straks een hetero-stel.
‘Die vanzelfsprekendheid lijkt mij in één woord heerlijk. Op vakantie hand in hand lopen. Als lesbienne ervaar je toch altijd een soort ongemak. Altijd is het oppassen hoe mensen reageren. In tijden van crisis zijn minderheidsgroepen altijd de klos. Bij homoseksualiteit is dat ook zo. Toen wij in een klein Oost-Gronings dorp gingen wonen, wisten we ook niet waar we aan begonnen. Soms worden stellen weggepest. Nu weet het dorp dat ik transgender ben. Ze reageren nuchter: ‘Ach, du bist altied al n man west.’
Jullie hebben geen kinderen.
‘Wel twee nichtjes, van acht en elf. Die hebben we het in mei verteld. Die van acht reageerde: dat gaat mooi niet gebeuren, we hebben twee tantes en jij blijft Moniek, ik ga geen Niek zeggen. Terwijl ze me altijd Niek noemden, als koosnaampje. Inmiddels is die weerstand weg. Op Sinterklaas haalden we ze van school. Die van acht zei: “Wanneer gaan je borsten eraf?” Bijzonder, hè?’
Heb je tips voor studenten en collega’s die met hetzelfde gevoel rond lopen?
‘Praat erover. Neem iemand in vertrouwen. Zo’n genderhome is wel iets waar je naar toe kunt gaan. Elke derde zondag van de maand. Het staat ook op de website van Transvisie. Zorg dat je je oriënteert en denk niet te snel dat het niet kan.’