Waarom kiezen afgestudeerde internationals voor werk in het Noorden?
Er zijn buitenlandse studenten die kiezen voor een baan in het Noorden. Maar hoeveel… dat weet niemand. En waarom die internationals voor deze regio kiezen is ook al onbekend. Als het het kabinet menens, zal dat moeten veranderen.
‘De manier van werken in Nederland bevalt me.’ De in Oldenburg opgegroeide Sophia Block (32) werkt inmiddels drie jaar als fysiotherapeut in Zuidhorn. ‘In Duitsland stelt de arts de diagnose en de fysiotherapeut mag vervolgens de behandeling uitvoeren. Een Duitse patiënt komt bij de fysiotherapeut met een briefje van de dokter waarop dan bijvoorbeeld staat: tien massages. In Nederland kunnen fysiotherapeuten zelf de diagnose stellen. Zij zijn op hun gebied de specialist en zo ziet men hen ook.’
Veel afgestudeerden vertrekken naar het Westen omdat ze dénken dat daar de banen zijn
De 32-jarige Sophia koos na haar opleiding Internationale Fysiotherapie voor een loopbaan in Nederland omdat ze hier kan werken op de manier die haar bevalt. ‘Vakinhoudelijk kun je je in Nederland prima ontwikkelen. Je kunt je specialiseren. Zo kun je kinderfysio worden of bekkenspecialist. De ontwikkelmogelijkheden in Duitsland zijn beperkter.’
Niet iedere buitenlandse afgestudeerde zal net zo weloverwogen als Sophia voor een loopbaan in Nederland hebben gekozen, maar werk is voor vrijwel alle afgestudeerden cruciaal. Hanze-lector Regionale Arbeidsmarkt Arjen Edzes zegt het nog iets puntiger: ‘Het bééld dat afgestudeerden hebben van de Nederlandse arbeidsmarkt speelt een grote rol. Veel buitenlandse afgestudeerden van de RUG en de Hanze vertrekken bijvoorbeeld naar het Westen omdat ze dénken dat daar de banen zijn. Ze oriënteren zich nauwelijks op andere mogelijkheden, zoals de baankansen in Noord-Nederland. Dit geldt vermoedelijk meer voor RUG-afgestudeerden dan voor die van de Hanze.’
Het aandeel internationals mag in de toekomst ten hoogste tien procent zijn, tenzij…
Edzes en zijn collega’s houden al langer bij wat afgestudeerden beweegt om hun studentenstad al dan niet te verlaten. Over de aantallen en motieven van buitenlandse Hanze-afgestudeerden kan hij nog geen uitspraak doen. ‘De waarheid is dat we dat niet goed in kaart hebben gebracht. Maar dat staat wel op de rol.’
Edzes vindt het ook een goed idee om nauwgezet in de gaten te houden wat buitenlandse in Groningen afgestudeerden na hun opleiding gaan doen. En dat zou weleens nodig kunnen zijn, want het kabinet-Schoof wil een maximum stellen aan het aantal buitenlandse studenten op instellingen voor hoger onderwijs. Het aandeel internationals zal in de toekomst ten hoogste tien procent van het totaal aantal studenten mogen zijn. Tenzij… instellingen buitenlandse studenten opleiden voor de regionale arbeidsmarkt en voor zogeheten tekortsectoren (zorg, techniek en onderwijs). In dat geval mogen ze méér dan tien procent buitenlandse studenten toelaten.
Heb je iemand opgeleid voor de regio als hij na z’n opleiding één jaar in Groningen blijft?
Op de Hanze stond de teller in 2023-’24 voor het eerst op méér dan tien procent buitenlandse studenten. Wanneer dat gebeurt als straks de tien-procentsnorm is ingevoerd, zal de Hanze moeten kunnen aangeven hoeveel buitenlandse studenten ze heeft opgeleid voor de regio. Dat is niet zo eenvoudig als het op het eerste gezicht lijkt. Want hoe meet je dat? Heb je iemand opgeleid voor de regio wanneer hij één jaar in Groningen blijft? Of pas als hij tien jaar later nog steeds in deze contreien rondloopt? En wat verstaan we trouwens onder de regio? Edzes: ‘Daar moet je vooraf heel heldere afspraken over maken.’
Toch kunnen we ook nu al iets zeggen over de redenen waarom buitenlandse afgestudeerden in Nederland blijven. Het Nuffic, de organisatie voor internationalisering in het onderwijs, voelt internationale studenten hierover namelijk regelmatig aan de tand. Het belangrijkste gegeven is dat een kwart van de buitenlandse afgestudeerden vijf jaar nadat ze hun diploma ontvingen nog in Nederland verblijft. En we weten ook waarom. Vanwege het werk, zeggen vier op de vijf van de blijvers. Werk is een belangrijk motief om te blijven en werk, of eigenlijk het gebrek daaraan, is ook een voorname reden om uit Nederland te vertrekken.
Archana koos Groningen voor de kwaliteit van leven: ‘Als ik hier ga wandelen, hoef ik alleen te weten of ik mijn regenjas moet meenemen, verder niets’
Iets vaker dan werk noemen buitenlandse studenten de kwaliteit van leven als motief voor hun keuze voor een loopbaan in Nederland (84 procent). ‘Als ik hier naar buiten loop, hoef ik alleen te weten of ik mijn regenjas moet meenemen, verder niets’, zegt Archana Jagannath, ‘Ik hou van wandelen en in Groningen zijn de parken en plantsoenen erg toegankelijk. De publieke ruimte is veilig, de straten, de pleinen, de hele gebouwde omgeving. Neem de Grote Markt, daar is zo goed over nagedacht. Een fontein, bomen waaronder je schaduw kunt vinden, plekjes waar je kunt zitten. Dat een gemeente daar aandacht voor heeft… fantastisch.’ De 34-jarige Archana, afkomstig uit de zuidwestelijke Indiase deelstaat Kerala, woont inmiddels twee jaar in Groningen. Tijdens haar masteropleiding International Communication liep ze stage bij het Universitair Medisch Centrum Groningen, waar ze nu werkt als Diversity & Inclusion Communications Officer. In India was ze lange tijd journalist en communicatiemedewerker. ‘In India is de werkdruk enorm. Werken is erg hectisch. Als journalist had ik nauwelijks een privéleven, ik werkte twaalf tot veertien uur per dag. De ene week had ik één dag vrij de andere week twee dagen, en dat konden ook gewoon doordeweekse dagen zijn. Ook de werkstress in India is groot. In Nederland houdt men meer rekening met de belastbaarheid van de werknemers. Ook dat valt voor mij onder de kwaliteit van leven.’
Speelt de liefde dan geen rol? Jawel, hoor!
Zeker voor buitenlanders van buiten Europa zijn alledaagse zaken als veiligheid, publieke voorzieningen, de fietscultuur, de kwaliteit van het drinkwater en het openbaar vervoer redenen om voor een leven in Nederland te kiezen.
Speelt de liefde dan geen rol? Jawel, meer dan helft van de buitenlandse blijvers noemt het als één van de redenen van hun aanwezigheid hier. Ook Archana vond haar partner in Groningen, waar ze met hem samenwoont in het zuiden van de stad. ‘In India denkt men dat er iets mis is met vrouwen die op hun dertigste niet getrouwd zijn. In Nederland is het volkomen geaccepteerd.’
Redenen om weg te gaan zijn vooral zakelijk: geen werk, geen huis, geen geld en geen Nederlandse woorden
Het land van melk en honing is Nederland natuurlijk ook weer niet, want driekwart van de buitenlanders verblijft vijf jaar na de studietijd buiten de landsgrenzen. De redenen die ze daarvoor aanvoeren zijn vooral zakelijk: geen werk, geen huis, en geen geld voor levensonderhoud. Daarnaast noemt bijna een derde de Nederlandse taal een barrière.
Hiermee weten we nog niet waarom buitenlandse studenten na hun studietijd juist voor Groningen kiezen. Lector Regionale Arbeidsmarkt Arjen Edzes kan alvast één reden noemen. ‘Voor afgestudeerden van de RUG geldt vaak dat ze een promotieplaats in Groningen hebben bemachtigd. Het is dus een voortzetting van hun wetenschappelijke opleiding.’
Voor haar besluit om in Groningen te blijven ging Fysiotherapeute Sophia Block niet over één nacht ijs: ‘Tijdens de opleiding heb ik stagegelopen in Utrecht, maar ik heb toch voor Groningen gekozen. Ik heb hier tijdens mijn studietijd een aardig sociaal netwerk opgebouwd. Het is gewoon een fijne omgeving.’ Dat is precies wat de doorslag gaf voor de kersverse UMCG-werknemer Archana Jagannath. ‘Groningen is overzichtelijk. Je woont echt in de stad, er is genoeg te doen. Maar wanneer ik tien minuten fiets, ben ik midden in het groen. Het natuurschoon in Kerala is fantastisch, maar het is heel moeilijk om er te komen. In Groningen ben je er zo. Het is zo’n relaxte stad.’
Foto (fragment): Hanze Beeldbank, Marketing & Communicatie