Ga naar de inhoud

Meester Meester

Op de Pabo moet je uitvinden welk type leerkracht je wilt worden. Wat zijn je normen en waarden? Wat zijn je sterke en zwakke punten? Welke valkuilen zie je vaak te laat?
Bezinning is nuttig, zo op z’n tijd. Maar, ken je dat?, soms komen de reflectieverslagen je de neus uit.
In de bus komt er een vrouw naast me zitten. Wanneer ze aan mijn studieboek ziet dat ik een Pabo-student ben, wordt ze weemoedig. Ze blijkt een gepensioneerde juf te zijn.

‘Ken je De Luizenmoeder? Dat is geen satire hoor, dat is vaak de keiharde realiteit’

‘Het onderwijs is in de afgelopen veertig jaar erg veranderd, jongeman. Ouders zijn dominanter geworden, ze vinden dat hun kroost als prinsen en prinsessen moeten worden behandeld. Bij het minste of geringste staan ze bij je op de stoep te klagen. Ken je De Luizenmoeder? Dat is geen satire hoor, dat is vaak de keiharde realiteit. Ook de administratieve taken waren in mijn laatste jaren verschrikkelijk. Handelingsplannen, groepsplannen, rapporten, noem maar op. Maar wacht, waar ben ik eigenlijk mee bezig? Jij moet nog een heel leven voor de klas! Ik praat je helemaal van het geweldige vak af!’
‘Ik heb genoeg leuke ervaringen opgedaan, mevrouw, en ik geef niet snel op.’
‘Komen er eigenlijk nog veel nieuwe meesters aan?’, wil de ex-juf nu weten.
‘Nou, elk jaar zie ik weer veel nieuwe mannelijke gezichten op de Pabo. Maar jongens haken helaas ook vaak af. In het eerste jaar zaten er tien jongens in mijn klas, daarvan zijn er drie overgebleven.’
‘Waarom?’

Als profvoetballer en politie-agent er niet inzitten, word je meester, dat is logisch

‘Tja, daar zijn verschillende redenen voor, mevrouw.’
Verder kom ik niet, want ik moet er bij de volgende halte alweer uit.
Ik denk dat veel mannen onderschatten hoeveel tijd en energie de studie kost. Ook moet je soms vrouwelijke en kinderlijke dingen doen, dingen die sommige mannelijke ego’s niet kunnen verdragen. Voor veel vrouwen is juf worden een doel dat ze van kinds af aan hebben. Ze zijn enorm gemotiveerd. Ik wilde profvoetballer worden of politieagent. Tja, toen dat er niet inzat, kwam de meester in zicht. Logisch, want meester zijn is topsport en je moet af en toe politieagent spelen.
‘Nu mag Keesje met Achmed in de bouwhoek spelen! Nee, geen ja maar…! Klaar nu, of je ik slinger je op de bon!’
Eigenlijk heeft meester zijn het beste van beide. Dus kom op mannen! Meld je in september aan bij de Pabo. Hoe meer mannen, hoe meer vreugd!