Ga naar de inhoud

Oxytocine, de nieuwe drug

Volgens Virginia Satir, oermoeder van de gezinstherapie, bestaat er zoiets als een chronisch tekort aan knuffels. Kinderen hebben vier tot acht knuffels per dag nodig om zich te kunnen ontwikkelen en twaalf omhelzingen om te kunnen groeien. Satir beweert dat dit getal bij volwassenen een stuk lager ligt, maar de behoefte is onveranderlijk aanwezig.

Er schuilt troost en berusting in de warmte van opeengedrukte borstkassen

Een mens gedijt bij knuffelen. In tegenstelling tot verreweg de meeste aanrakingen van dezelfde intensiteit en nabijheid, geniet een knuffel een relatief onschuldig status. Wie zijn armen om een medemens heenslaat kan een duizelingwekkende hoeveelheid aan emoties overbrengen. Er schuilt troost en berusting in de warmte van opeengedrukte borstkassen. Het is beter dan woorden, het lijf kan binnen een tel moed, verdriet of onmacht overbrengen. Aangeboren instincten, geprogrammeerd in het onderbewustzijn, analyseren vliegensvlug de subtielste variaties in de spieren, huid en ademhaling van het andere lichaam en vertaalt die vervolgens in emoties die dieper zijn dan woorden ooit kunnen overbrengen.
Dit onbewust waarnemen van emoties is mogelijk door ons grootste orgaan, de huid. Onze verpakking ontwikkelt zich ver voordat ogen, oren of mond hun bestaan kennen, en blijft hangen tot het einde, ver nadat ogen, oren en mond het hebben begeven.

Hier wordt een karrenspoor getrokken in de hersenen dat de rest van het leven wordt bereden

Miljoenen gevoelscellen in de huid zijn in staat om hitte, kou, pijn en druk feilloos van elkaar te onderscheiden. Tijdens een goeie knuffelsessie vloeit het knuffelhormoon oxytocine rijkelijk door de hersenen. Oxytocine mag je gerust een overlevingshormoon noemen, het zorgt namelijk voor euforie en ontspannenheid, én het heeft de opmerkelijke eigenschap om mentale en fysieke wonden sneller te laten genezen. Dit hormoon zorgt er ook voor dat een moeder haar helse bevallingspijnen snel vergeet op het moment dat haar huid contact maakt met die van haar kind. De verbinding tussen knuffelen en het gevoel van welbehagen, of ‘ergens bij horen’, wordt gevormd in de kinderjaren. Hier wordt een karrenspoor getrokken in de hersenen dat de rest van het leven wordt bereden en de basis vormt voor ons gevoel van welbehagen.
Ook serotonine en dopamine vloeien rijkelijk tijdens het geknuffel, dezelfde stoffen die vrijkomen tijdens een avondje stappen op coke of mdma. Psycholoog Sander Koole stelt zelfs dat aanraking zo krachtig is dat het ‘mensen een gevoel van betekenis’ kan geven. Dus de volgende keer dat je je een beetje verloren voelt, doe je er goed aan een knuffelpartner te zoeken. Groot of klein, dik of dun, ieder model voldoet.