Stormalarm in de Harmonie.

De universiteit is als een zak met dominosteentjes die op een tafel wordt uitgestrooid. Allemaal losse stukjes die bij elkaar horen. Je kunt er allerlei verschillende verbindingen mee maken, maar hoe? Voor je ’t weet loop je ergens vast. Je kunt ook de juiste verbinding maken, maar dat gebeurt nooit zomaar. De student moet met een initiatief komen, anders gebeurt er niks. Helemaal niks.
De dominostenen staan ook symbool voor het feit dat je als Rechtenstudent rechten door de halve stad moet crossen om college te volgen. Ik denk dat ik na dit schakeljaar Rechten de stad beter zal kennen dan een doorsnee tomtom.

Ergens had ik de verwachting dat de Rechtenfaculteit zou aanvoelen als een soort geheel… niet dus

Dat was wel even anders op de Hanze. Dat is meer een bakje magneten dat op een koelkast wordt gegooid. Alle stukjes plakken aan elkaar en vormen verbindingen. Denk aan de verschillende lijntjes die je als student kunt volgen nadat een studieloopbaanbegeleider je heeft doorverwezen. Er zijn vaste paden die je kunt volgen. De SLB’er is een soort wegwijzer op school. Nu weet ik ook wel dat dat niet geldt voor alle SLB’ers. Sommige docenten zijn daar ook niet geschikt voor. Dat is niet erg, zij hebben andere talenten.
Maar goed, terug naar het onderwerp, de uni. Ergens had ik de verwachting dat een faculteit zou aanvoelen als een soort geheel. Op de Hanze zaten de docenten van Rechtenstudies namelijk ook bij elkaar in de buurt. Op de Rijksuniversiteit kun je die toch wel logische ordening totaal vergeten. Iedereen vertoeft op zijn eigen kleine eilandje. De vakgroepen zitten overal en nergens, in, naast, achter of op het Harmoniegebouw.

Ergens in die dollemanssprint moet ik mijn credibility als beschaafde student hebben verloren

Twee weken terug moest ik voor het eerst een opdracht inleveren. Ik zat een beetje in tijdnood (eigen schuld, trouwens). Het was vijf voor één, ik was bij Strafrecht, terwijl ik m’n opdracht bij Bestuursrecht moest inleveren. Op de wegwijzer bij de trap stond niets, geen enkele verwijzing naar de rest van de faculteit. Toen heb ik het maar op een sprintje gezet. Beneden bij de balie vroeg ik waar ik moest zijn. Ik stormde naar de aangewezen plek, waar dat was kan ik nu niet meer navertellen, wel wat ik aantrof: een postvak dat nog niet was geleegd, het zat bomvol A4’tjes.
Op het moment dat ik daar als een chaotische tornado door de hallen croste, miste ik toch wel even de derde verdieping van de Van OlstToren. Hoe alles daar keurig netjes op z’n plek ligt. Ondertussen hoop ik dat ik me binnenkort weer kan vertonen in de Harmonie. Want ergens in die dollemanssprint door het gebouw moet ik toch mijn credibility als beschaafde rechtenstudent hebben verloren. Of zou gewoon niemand gemerkt hebben dat er een tropische storm langs hun eilandjes raasde?