Teo versus Studiestress: Leren nee te zeggen
Teo is een cognitieve alchemist. Hij speurt naar legale en onschadelijke methodes die van loodzware tentamenperiodes gouden tijden maken. Ditmaal: de kunst van het nee-zeggen.
‘Ik zeg altijd tegen vrienden: ik wil Teo eerst door de deuropening zien komen en dan geloof ik pas dat-ie aanwezig is’, zegt een vriendin tegen me. Ik voel me betrapt. Shit, ben ik zo doorzichtig? Ik heb echt moeite met nee-zeggen, ook al weet ik van tevoren dat ik niet kan.
Uit statistieken van het CBS komt naar voren dat burn-out onder jongeren hoger ligt dan ooit. Sophie Hilbrand laat in haar programma Sophie in de Mentale Kreukels zien dat dit niet alleen een studentenprobleem is. De crux zit ’m vaak in te veel hooi op je vork nemen. Te vaak ja zeggen, wanneer nee beter op z’n plaats is.
Ik merk aan alles in me dat nee-zeggen een opgave is
Daarom besluit ik een week lang nee te zeggen tegen alles wat mijn planning in de weg staat. Dat gaat aardig moeizaam. Van nature help ik graag mensen uit de brand. Snel even een klusje klaren? Tuurlijk, geen probleem. Gezellig samen eten? Het komt me eigenlijk niet uit, maar omdat jij het bent.
Ik merk aan alles in me dat nee-zeggen een opgave is. Zelfs nu ik het mezelf heb voorgenomen, komt het woord er op het moment suprême niet uit. In plaats daarvan begint een smoes te broeien. Wat kan ik morgen appen om deze ja ongedaan te maken? Het resulteert vaak in een intern conflict en het verlies van geloofwaardigheid tegenover de mensen die ik graag zie en help.
Dag één van mijn nee-week begint dramatisch. Een vriend van vroeger appt of we elkaar kunnen zien. Hij woont in Groningen, maar onze avondjes chillen zijn schaars geworden. NEE, klinkt het in mijn achterhoofd. Zeg NEE! Na een fractie van een seconde staat de afspraak in mijn agenda. Ik kan eten bij mijn ouders wel schrappen, zegt een stemmetje zachtjes. Mama is not pleased. ‘Alweer niet? Ik had me er echt op verheugd.’
Wanneer een soortgelijk tafereel een half uur later volgt en ditmaal een afspraak met mijn vriendin wordt ingeruild voor een avond overwerken, begint de irritatie de kop op te steken. Oké, ik heb duidelijk een probleem. Waarom krijg ik het woord nee niet uit mijn strot?
Wat bij mij het kwartje doet vallen, is het statement: ‘Wanneer je ja zegt tegen iets, waar zeg je dan eigenlijk nee tegen?’
Psychologie heeft altijd een antwoord op dit soort vragen. Ik vind de mijne in het boek De kracht van het NEE geschreven door Claudia en James Altucher. Zij stellen dat we sociale dieren zijn. De groep bepaalt alles en als je erbuiten valt, dan heb je een probleem. Met andere woorden: conformeren werkt beter dan confronteren. Films als Yes Man leren ons bijvoorbeeld dat de kracht van conformeren in het ja ligt. Ja-zeggen is leven.
Wat bij mij het kwartje doet vallen, is het statement: ‘Wanneer je ja zegt tegen iets, waar zeg je dan eigenlijk nee tegen?’ Inderdaad! Ja-zeggen tegen optie 1 staat gelijk aan het afwijzen van optie 2. Met dat in mijn achterhoofd ga ik dag twee vol goede moed in. Telefoontje van een collega, of ik kan invallen. Ik kijk in mijn agenda. Daar staat met uitroeptekens de verplaatste date met mijn vriendin. ‘Sorry, ik kan niet.’ Ik zet me schrap. ‘O, geen probleem. Dan bel ik iemand anders.’
Huh? Ik bel wel iemand anders? Heb ik nu echt nee gezegd, zonder dat dat problemen geeft? Zo makkelijk was dat dus. De rest van de week hanteer ik de volgende tactiek: wanneer iemand iets van me wil, ga ik eerst na hoe graag ík het wil. Als dat heel graag is, dan kijk ik in mijn agenda en probeer het in te plannen op een moment dat mij uitkomt. Is het iets wat heel noodzakelijk is? Ook dan kijk ik of het schikt, want hoe noodzakelijk is noodzakelijk nou?
Deze skill geeft zoveel rust, dat ik me aan het einde van de week beter voel dan ooit. Het werkt niet altijd feilloos en het doet vaak pijn. Niet iedereen zegt: ‘Geen probleem, later hè.’ Sommige mensen zijn gepikeerd. De conclusie: beter duidelijk en opgelucht, dan laf en gestrest.
Foto’s: Pepijn van den Broeke