Witte gekte.

Na alle gekte tijdens de feestdagen zou je zeggen dat de rust in Groningen wel een beetje was teruggekeerd, maar niets is minder waar. Groningen is sinds een paar dagen ondergedompeld in een witte gekte. En dan heb ik het natuurlijk niet over de chemische variant die sommige gekkies met genoegen door hun neus jagen. Sinds de eerste sneeuwvlok is gevallen en de klinkers glad genoeg zijn om gemeen hard op je bek te gaan, staat Groningen in een soort nationalistische overdrive.

De witte goudkoorts heeft Groningen zo ernstig in de ban, dat ik niemand heb gehoord over blauwe maandag

Iedereen zit in hetzelfde schuitje, en daarom heerst er een prettig soort saamhorigheid in de straten. Studenten vieren feest, want ze hoeven niet naar school (en ze kunnen een nieuwe Olympische sport uitoefenen), kinderen zijn blij want ze kunnen lekker buitenspelen, en de weermannen van alle kanalen kunnen hun geluk niet op, want dit is hun moment om te shinen. Tussen al die vreugde door maak ik me wel zorgen over onze bejaardenpopulatie, die met de rollator stevig vastgeklemd in twee handen een complete ijsbaan moeten oversteken om de supermarkt te bereiken. De witte goudkoorts heeft de Groningers zelfs zo ernstig in de ban, dat ik niemand heb gehoord over blauwe maandag. Wat voor maandag? Juist, witte maandag. Vergeet de oranjegekte in de zomer, de witte gekte, dat is nog eens wat. Zelf voelde ik het witte bloed door mijn aderen suizen toen ik met mijn huisgenoot naar de kringloop gleed om een slee en bordspelletjes op te halen.

De witte rage, ik ben allang blij dat iedereen Zwarte Piet is vergeten

Want, praktisch vooruitdenken, we zouden nog wel eens wat dagen samen binnen moeten doorbrengen. Op de terugweg lagen de spelletjes veilig achterop de slee, terwijl wij als een stel kleuters tekeergingen in een spekglad speeltuintje. Maar het is niet alleen praktisch denken dat er voor zorgde dat ik met grote haast bordspelletjes in huis heb gehaald. Een onverklaarbare aandrang om me oer-Hollands te gedragen zorgt ervoor dat ik alle clichés kan afkruisen. Ik eet stamppot met rookworst (doe ik het goed, Unox?), heb me geërgerd tijdens Mens erger je niet, en praat voortdurend met iedereen over het weer. Wat precies de socio- of psychologische factoren achter deze witte rage zijn zou ik niet weten, maar ik ben allang dolgelukkig dat iedereen Zwarte Piet is vergeten. Ik denk dat al dat ijs en geschaats mensen ook wel een beetje doet denken aan vroeger. Toen het blijkbaar nog écht koud was, en alle dingen oer- maar dan ook oer-Hollands waren.
Wit zijn wij, en wij zijn wit. Maar de wereld? Die is van iedereen.