Dingen weggooien.

Als er een grote brand zou uitbreken in m’n studentenkamer, zou ik het niet erg vinden als al m’n spullen in vlammen opgingen. Ik ben gewoon niet zo materialistisch, ik hoef niet zoveel dingen te hebben. Dat is wat ik graag zou willen zeggen, maar dan zou ik liegen. In werkelijkheid ben ik niet alleen tot in het diepst van m’n hart een verzamelaar, ik ben ook nog eens vreselijk slecht in dingen weggooien.

Die doos van de koptelefoon bewaar ik, misschien kan ik daar nog een kunstwerk van maken

Het meest nutteloze ding wil ik nog bewaren. Je weet maar nooit, ooit kan het nog eens van pas komen. Dat ooit eigenlijk nooit betekent, geef ik natuurlijk niet toe. Een kamer van twaalf vierkante meter is niet groot, erg veel spullen passen er niet in. Als je dan net zo slecht bent in weggooien als ik, komt er al snel een moment dat echt alles vol staat. Zoals een wasmand die echt heel erg aan het overstromen is, maar je hebt nog geen zin om de was te doen, dus je blijft er maar kleding bovenop gooien. Proppen, duwen, stouwen, er kan nog meer bij.
Toch moet je op een gegeven moment de was doen.
Het besef dat ik een keer wat spullen weg moet gooien, brak door toen ik een doos vond waarin een koptelefoon had gezeten. Een koptelefoon die ik meer dan een jaar geleden kocht. Best handig om te bewaren, toch? Vooral omdat de koptelefoon binnen twee weken na aankoop werd gejat en de doos alleen nog maar een pijnlijke herinnering is.
Misschien is het een studentending, misschien hebben we allemaal te veel spullen die we nergens kwijt kunnen omdat er simpelweg geen ruimte voor is, misschien is het wel gewoon normaal. Of, heel, heel misschien is dit wel mijn manier om een smoesje te verzinnen voor m’n waanidee dat al mijn troep nut heeft. Dat ik nog iets met die lege koptelefoondoos ga doen, hem nuttig ga maken. Ik kan hem verven, ik kan er een kunstwerk van maken. Of aan de kat geven zodat die ermee kan spelen. Ik kan zelfs precies dezelfde koptelefoon kopen zodat ik twee dozen heb! Als reserve! Of ik doe wat ik eigenlijk moet doen en gooi hem gewoon weg.
Zoveel keuzes.

Die dude was een hoarder, z’n huis was praktisch onbewoonbaar, het was eng herkenbaar

Chillend tussen mijn rommel, in m’n bed op de meest charmante manier die je kunt bedenken, bekeek ik een Youtube-video over een dude die zijn huis ging opruimen. Niet zo spectaculair zou je denken, behalve dan dat hij een hoarder was. Hij was de controle over zijn huis kwijtgeraakt, hij had geen idee waar hij moest beginnen en zijn huis was praktisch onbewoonbaar geworden. Zijn vrienden waren nooit bij hem thuis geweest omdat hij zich zo schaamde. Ik keek naar de video en luisterde naar zijn verhaal. Hoe langer ik keek en hoe meer ik luisterde, hoe enger ik het vond: zijn verhaal klonk nog best wel logisch en zijn redenen waren eng herkenbaar. Ik heb maar gelijk een vuilniszak gepakt.