Ga naar de inhoud

De eerste keer

‘Heb je zin in nog een potje?’
Ze kijkt me aan en speelt wulps met haar haren.
‘Kom maar op, ik lust je rauw.’
Bij het uitspreken van deze zin loopt er iets vast in een mannelijk hoofd. Er spelen zich een paar scenario’s af, alle voortkomend uit het oerste der instincten: het overlevingsinstinct. Of het gaat over het voortplantingsproces, waarbij mannenhersenen, hoe briljant ook, meteen vastlopen en het geslachtsdeel het denken overneemt. Of het gaat over een gevecht op leven en dood, meestal tussen twee mannen. Verschrikkelijk eigenlijk, het kleine kaboutertje in je hoofd dat je tot de meest vunzige dingen in staat stelt. Alle pornomogelijkheden die ik in mijn leven heb bekeken passeren de revue, verschillende scènes voor verschillende vrouwen.

Langzaam maar zeker verschijnt het doemscenario. Och god, toch niet weer…

Ik vrees dat vrouwen dit probleem niet hebben. Ten eerste schijnen er vrij weinig naar porno te kijken en ten tweede zijn vrouwen vaak niet zo banaal en op seks gefocust als mannen. Langzaam maar zeker verschijnt het doemscenario. Och god, toch niet weer… laat me nou alsjeblieft een keer normaal antwoorden zonder dat ik met een schaapachtige lach iets ridicuuls uitkraam.
De allereerste keer tekent mij ten voeten uit. Toen het meisje de vraag der vragen stelde was mijn denkvermogen dood, morsdood. Geen woord kwam uit mijn mond, wel een voorzichtig lachje en een zelfs voor mij vreemd gegrinnik. Het was bij haar thuis. Romantisch was het niet, ze was de slet van het dorp en het was afspraakje nummer twee. Waar zij een karrenvracht aan ervaring met boerenjongens meebracht, moest ik terugvallen op fantasieën over Britney Spears. Pa en ma waren beneden, Probleemwijken aan het kijken met een flesje bier en droge worst. Wat zij niet wisten, was dat ik boven hun hoofden voor een mijlpaal in mijn leven stond.
Helaas had ik buiten haar tweejarige broertje gerekend.

Zodra ze haar tong in mijn mond steekt, voel ik het koude, harde metaal van een tongpiercing, dat kan er ook nog wel bij

Als er iets is wat je op zo’n moment niet wilt, is een kind dat keihard begint te schreeuwen en te huilen. Van onderen hoorde ik gevloek, gevolgd door een dichtslaande deur en gestommel op de trap. Voor ik het wist stond ik netjes in militaire houding voor de deur, stilletjes hopend dat die dicht zou blijven. Geluk, het kind ging naar beneden en snel plofte ik weer op het bed.
Al tijdens het opveren weet ik dat ik me geen illusies hoef te maken: zij bepaalt. Zodra ze haar tong in mijn mond steekt, voel ik het koude, harde metaal van een tongpiercing. Dat kan er ook nog wel bij. Hoe graag ik ook opensta voor nieuwe ideeën en andermans keuzes respecteer, snap ik niet wat er in godsnaam leuk is aan een stuk ijzer door je tong heen laten schieten, om er vervolgens ook nog een aandenken aan over te houden. Ach ja, het zij zo. Zodra de daad is gedaan, na een kleine minuut, ben ik het zat. Ik wil hier weg, ik heb honger en geen zin om nog langer naar het meisje te kijken waarmee ik een ogenschijnlijk bijzonder moment heb moeten delen. Haar pornoblonde haar en opgemaakte gezicht doen me denken aan een trui van Mart Smeets. Goedkoop, niet smaakvol en eng.
‘Goh, dat had je me ook wel mogen zeggen, hoor. Dan had ik er rekening mee kunnen houden.’
Ik schrik op uit mijn gedachten. Twee vragende ogen kijken me aan.
‘Of wil je nog even bezig?’, zucht ze.
‘Nee joh, prima, kom maar op, ik maak je af.’
Ze lacht: ‘Haha, eerst zien, dan geloven. Wie het hoogst gooit?’
Ze hoeft zich geen illusies te maken, ik win altijd met Monopoly.

Foto: SpooSpa