Onze man op Curaçao: Landing op het eiland

Met door mijn moeder klaargemaakte, verse broodjes in mijn rugzak en onder het genot van uitzicht op motregen, stap ik in het vliegtuig. Nog geen twee maanden geleden had ik een idee: naar Curaçao gaan om daar nieuwe journalistieke ervaringen op te doen en om te schrijven. Schrijven over studenten die ervoor hebben gekozen om stage te lopen op Curaçao.

Het vooruitzicht van een donker werkhok in de universiteitsbibliotheek, beangstigde me.

‘Nee, op Curaçao ga je op journalistiek vlak niet veel leren.’ Eén van mijn praktijkdocenten, hij was ooit correspondent op Curaçao, stond duidelijk niet te juichen toen ik hem vertelde over mijn plan. Sinds september vorig jaar volg ik de masteropleiding Journalistiek. Een studie die grofweg is opgedeeld in twee fases. Eerst word je een jaar gedrild met praktijkopdrachten en theorietentamens en daarna moet je een scriptie schrijven en een afsluitende stage lopen.
Het vooruitzicht van een donker werkhok in de universiteitsbibliotheek in combinatie met het drinken van waterige mengsels die voor koffie moeten doorgaan, beangstigde me. Wat mijn docenten ook zeggen, ik ga het doen. Ik ben er namelijk van overtuigd dat de ervaringen in een ander land me wel zullen helpen om een betere journalist te worden.
Op Curaçao heb ik een studentenkamertje gehuurd. Kort nadat het vliegtuig aan de grond staat op Caribisch gebied, word ik onthaald door een deken van hitte én taxichauffeur Max, die bijzonder goed geluimd is. Dit is nog eens iets anders dan een donker werkhok. Max stelt vragen, telefoneert en scheurt me ondertussen naar het complex waar ik ga wonen.

Zijn Antillianen lui en gaan Nederlandse studenten hier alleen maar naartoe om te feesten?

Mijn, bijna veertig(!), huisgenoten zijn hartelijk en vragen meteen of ik nog dezelfde avond meega naar een strandfeest. Ondertussen voer ik voorzichtig gesprekken over wat ze doen op het eiland. Ik ben namelijk benieuwd. Klopt het stereotype? Zijn Antillianen lui en gaan Nederlandse studenten hier alleen maar naartoe om te feesten, om in een hangmat te liggen en pas als het echt moet ook nog een beetje om stage te lopen (maar natuurlijk altijd in Curaçaos tempo)?
De komende weken probeer ik antwoord op die vragen te geven door voor HanzeMag elke dinsdag een verhaal te vertellen over een Hanzestudent op Curaçao. Er lopen hier op dit moment veertien Groningse hbo-studenten rond en ze hebben allemaal hun eigen verhaal.
Ik zal om me heen kijken, me verwonderen en ik zal vertellen wat ik zie zonder dat ik me al te veel wil laten beïnvloeden door de heersende vooroordelen. Ontkennen kan ik ze echter evenmin. Het blijft natuurlijk de vraag in hoeverre ze kloppen of juist ontkracht moeten worden.