Hans Nijland (FC) over zn liefde en Lowietje Suarez

Da ken al nie meeer, stoat morgen in kraant. Met deze ‘legendarische woorden’ zette voorzitter Henk van der Wal zoveel druk op Hans Nijland dat hij bezweek voor het aanbod om algemeen directeur van FC Groningen te worden. Het was op zo’n boertige avond in het huis van Wim Everards, die andere oer-Groningse FC-voorzitter. Zo vrolijk dat Nijland toen hij weer thuiskwam op de bank moest slapen, want de paar dagen bedenktijd waar hij in eerste instantie nog zo verstandig om had gevraagd, waren door die legendarische repliek van Van der Wal zo op de achtergrond geraakt dat ze pas weer in Nijlands brein naar boven kwamen toen hij zijn vrouw om drie uur ’s nachts op de hoogte stelde van zijn nieuwe baan.
En toen hem, de verwikkelingen van de vorige avond nog niet geheel te boven, de volgende dag Nieuwsblaad onder ogen kwam, las hij dat het voorzittersduo en hij na wekenlang intensief beraad tot de conclusie waren gekomen om met elkaar in zee te gaan. In werkelijkheid had Van der Wal, nadat de duo-voorzitters het doel van het gesprek kenbaar hadden gemaakt, er maar elf woorden aan vuil gemaakt: En die nije directeur hebb’n wie al von’n. Da bist doe!

Nijland, ooit een onverdienstelijk middenvelder van HSC, kon het uitstekend vinden met het personeel van de FC, met alle vier

Hans Nijland, sinds 14 september 1996 directeur van FC Groningen, moet er net zo hard om lachen als de volle collegezaal van het Willem-Alexander Sportcentrum. Hoe run ik een voetbalbedrijf? heet de Hanzelezing die hij op 18 november afsteekt, maar daarover komt het publiek weinig te weten. Oké, je moet openstaan voor de ideeën van mensen die bij de club betrokken zijn en je moet de lenigheid van geest hebben om ‘de kernwaarde duurzaamheid’ te koppelen aan het opzetten van een skybox voor energiebedrijven, maar verder is het anekdote troef.
Commissaris van de Koning Max van den Berg is zo’n FC-fan dat Nijland hem ervan verdenkt in een groen-witte pyjama te slapen.
De aankoop van Lowietje Suarez waarbij Nijland tegen de klippen op moest onderhandelen met boef 1, boef 2, Pino de kale en Daniel ‘el Castor’ Fonseca. (Een klassieker die zonder problemen letterlijk in Hard Gras kan worden opgenomen.)
Nijlands eerste dagen als commerciële man voor halve dagen: ‘De muizen lagen dood voor de kast, zo stond de club ervoor. Je moet ergens beginnen, dus ik ging met een aantekenblok op de middenstip zitten, reclameborden tellen. Wat bleek? De helft van de bedrijven die erop stonden was failliet, de andere helft bestond niet meer en die ene die nog wel de rekening betaalde was De Woeste Hoeve. Daar ben ik dus meteen poolshoogte gaan nemen.’
Leuke tijd ook, dat begin, Nijland, ooit een onverdienstelijk middenvelder van HSC uit Sappemeer, kon het uitstekend vinden met de rest van het personeel. Toen vonder er, Nijland incluis, vier betaalde krachten emplooi. Nu verdient er ‘een veelvoud’ hun boterham in de organisatie (op de website blijkt het te gaan om een man of zestig). Van secretaresse tot financieel directeur, het enige managementgeheim van Nijland is dat ze allemaal binnen kunnen lopen zonder kloppen. Aan die cultuur dankt de FC bijvoorbeeld de sociëteiten die huizen in de skyboxen: de vastgoedsociëteit, de energiesociëteit en een typisch streekproduct: de boerensociëteit. ‘Heb ik echt niet zelf verzonnen, maar ik was wel meteen enthousiast: de boer’nbox.’

Wat begon als een klucht, altijd kluchtig is gebleven, heeft geleid tot serieus succes

Lyrisch is Nijland over het Topsportzorgcentrum dat op het trainingscomplex Corpus zal verrijzen, een gebouw van vier verdiepingen. De begane grond wordt een performance center voor de intensieve begeleiding van Groningse sporters en talenten, de tweede verdieping krijgt een bestemming als restaurant, de derde verdieping wordt een zorgcentrum en de bovenste verdieping wordt de thuisbasis van werkgeversverband VNO-NCW Noord. ‘Alles bij de hand. Het kost wel een paar centen, ik zeg het heel snel, want dan lijkt het niet zoveel, achtmljn euro.’
Wat begon in 1996 begon als een soortement klucht, sindsdien ook altijd kluchtig is gebleven, heeft geleid tot serieus succes. Hans Nijland is de langst zittende directeur in het betaalde voetbal. Hij werd 55 jaar geleden in Amstelveen geboren, maar hij is zo nuchter als een Groninger maar kan zijn. ‘Die KNVB-beker vorig jaar, ik zal jullie wat verklappen, die was wel nodig, hoor. Nu kunnen we vol gas door, onze nieuwste ambitie is ook weer zo mooi: in 2018 zal de helft van de selectie bestaan uit spelers die we zelf hebben opgeleid.’ Chronisch enthousiast is Hans Nijland. ‘Soms denk ik aan die vijf jaar dat ik over mavo-4 deed, aan hoe ik niet wist hoe snel ik de bal bij een medespeler moest inleveren als ik hem had veroverd en dan denk ik weer aan Lowietje. Ik weet dat het leven goede tijden, slechte tijden is, maar toch, we hebben het niet slecht gedaan. We, hè, altijd we, dat is dan toch nog een tip over hoe je voetbalclub runt: altijd we!’

Foto (detail): JulianVheijden (creativecommons.org)