Bier & karma

Wie goed doet, goed ontmoet. Afgelopen zaterdag was het weer zo’n avond. De tentamenperiode was voorbij en daarmee leek ik mijzelf een vrijbrief te geven om mezelf hals over kop onder te dompelen in excessief drankgebruik. De setting voor het vernietigen van mijn lever vond plaats bij mijn vriendin, die  een Halloweenfeest gaf.
Voordat enkele vrienden en ik naar het feest gingen, deden we nog even boodschappen. Gehuld in Halloweenoutfits gingen we op pad. Zo gebeurde het op een donkere zaterdagavond dat Vincent van Gogh, John Lennon en een western-sheriff in een Groningse supermarkt stonden.

Acuut stonden we voor een dilemma: brengen we het kratje terug of doen we alsof onze neus bloedt?

Terwijl we naar huis liepen, merkte één vriend op dat de boodschappen wel erg goedkoop waren. Nadere inspectie van de bon wees uit dat de kassamedewerker het kratje bier niet had afgerekend, terwijl hij ons nota bene nog om legitimatie had gevraagd. Acuut ontstond er een moreel dilemma: brengen we het kratje bier terug, of doen we alsof onze neus bloedt en lopen we door naar huis? Na vijf minuten argumenten uitwisselen, besloten we de krat te betalen. Met een kleine pijn in mijn hart rekende ik af en we gingen naar huis. De vriend die had opgemerkt dat de boodschappen wel erg goedkoop waren, stelde nu dat de beslissing goed zou zijn voor ons karma. Enigszins moreel voldaan liepen we door.
Toen ik de volgende ochtend naar m’n bankrekening keek, kon ik wel huilen. De maand is nog maar net begonnen, maar het saldo op mijn rekening is zó laag dat het me niet zo verbazen als ik binnenkort bij de voedselbank moet aankloppen. Met terugwerkende kracht krijg ik spijt van mijn beslissing om het krat bier te betalen. Niet alleen omdat het me geld kostte, maar ook omdat het bier is. Bier: drink er genoeg van en de waarde vervaagt. En ik had er zeker genoeg van gedronken. Ook het zogenaamde karma bleef uit. Ik had een kater die het midden hield tussen branden in de hel en verdrinken in een tsunami van rioolwater.
Als m’n ouders maar trots op me zijn.