Attractiebediener wie heeft er een gekker zomerbaantje?

Een zomerbaantje, welke student kan zonder? Alles wordt duurder. Van boodschappen tot en met je collegegeld: het is om te janken. De oplossing? Werken voor je geld!

Naam: Derian Wesselink (23)
Studie: Master Journalistiek aan de RUG
Werkt als: attractiebediener in een pretpark

Hoe ben je aan dit werk gekomen?

‘Het pretpark waar ik werk is dichtbij de woonplaats van mijn ouders. Op mijn vijftiende had ik een krantenwijk, maar dit leek me eigenlijk veel leuker. Toen een vriendin ging solliciteren, ben ik meegegaan en… ze namen me aan. Nu werk ik er zo’n acht jaar en ik kom elke zomer terug. Ik werk dan elke week zo’n vijf à zes dagen van tien uur ’s ochtends tot vijf uur ’s middags. Dat is hard aanpoten maar ik moet wel, want van het salaris betaal ik mijn studie.’

Hoe ging dat op je vijftiende?

‘Je mag beginnen bij de makkelijke attracties voor kinderen, bij ons heet dat Dreumesland. In principe kan er bij deze attracties niet veel misgaan. Maar het blijven kinderen, hè? Je moet dus altijd goed blijven opletten. Zo leer je steeds iets meer, totdat je uiteindelijk ook de allergrootste attracties mag bedienen, zoals de achtbanen en de wildwaterbaan. Grappig genoeg heb ik zelf echt een hekel aan pretparken: ik heb hoogtevrees en vind dat wachten echt verschrikkelijk. Mij dus niet gezien in zo’n ding!’ 

Wat is het leukste aan werken in een pretpark?

‘Ik heb in een supermarkt gewerkt en in de horeca, maar nergens leer je zoveel als hier. Elke dag zijn er zo’n drieduizend bezoekers. Die zorgen ervoor dat je in een heleboel verschillende situaties terechtkomt. De bezoekers kunnen blij en vrolijk zijn, maar ook bang of ontevreden, of in paniek, en daar ben jij dan verantwoordelijk voor. Dat geeft veel adrenaline. Je weet nooit wat er gaat gebeuren. Elke dag sta ik bij een andere attractie. Als je een leuke attractie mag bedienen, dan heb je een topdag. Maar soms baal je, als je bij een stomme attractie moet staan.’

En wat is dan een stomme attractie?

‘Sommige attracties zijn best gevaarlijk, bijvoorbeeld de achtbaan die over de kop gaat. Die hebben heel strenge lengteregels en dan moet je kinderen die nét te klein zijn teleurstellen. Dat vind ik heel stom. Ook zijn er attracties waarbij je de beugel van élke inzittende élk rondje weer moet controleren, dan blijf je maar heen en weer lopen.’

Wat is het minst leuke aan je werk?

‘Vaak zijn er mensen die doodchagrijnig binnenkomen. Omdat ze met huilende kinderen naar het pretpark komen sjouwen, bijvoorbeeld. Ze zijn dan al moe voordat hun dagje uit is begonnen. Dan denk ik echt: het is hier een prétpark, dus niet de plek om chagrijnig te zijn.
‘Een ander klein nadeel: ik ben één van de weinige personeelsleden die tegen kots kunnen. Dus wanneer kinderen moeten overgeven omdat ze beroerd zijn van de attracties, wat vaker gebeurt dan je denkt, dan mag ik het opruimen. Echt top.’

Zou je dit werk aanraden aan anderen?

‘Jazeker! Veel mensen denken dat het best geestdodend is om zeven uur per dag bij een attractie te staan, maar het is echt niet zo dat je alleen op het knopje moet drukken en verder niks doet. Je moet goed opletten wat er allemaal gebeurt, want het gaat wel om de veiligheid van mensen. En de attracties zijn op zichzelf nooit gevaarlijk, maar kinderen brengen zichzelf wel in gevaar door zich gek te gedragen, of een arm of been uit de attractie te steken. En dat wil je natuurlijk niet.’